Het jaar waarin vrouwen weer niet doorbraken
Vrouwen zouden eindelijk massaal doorstomen naar de top, zei IMF-directeur Christine Lagarde in januari. Dat viel tegen. Over de moeizame strijd voor diversiteit. 'Het is gedoe.'
Vrouwen zouden eindelijk massaal doorstomen naar de top, zei IMF-directeur Christine Lagarde in januari. Dat viel tegen. Over de moeizame strijd voor diversiteit. 'Het is gedoe.'
Dat was slikken toen de Global Gender Gap Index in december uitkwam. Als de 21e eeuw zoals voorspeld de eeuw van de vrouw wil worden, dan moet het hard opschieten.
In het huidige tempo duurt het, aldus diezelfde index, nog zeker twee eeuwen voor de wereld een beetje gelijk verdeeld is tussen mannen en vrouwen.
Het goede nieuws is dat Nederland wel enige progressie heeft geboekt ten opzichte van vorig jaar op weg naar gelijke verdeling tussen man en vrouw: vrouwen werken meer en ze verdienen meer.
Maar ook deze winst is relatief, want dat werken doen ze nog steeds voornamelijk in deeltijd en ze verdienen nog altijd minder dan hun mannelijke collega's.
Er zijn bitter weinig topvrouwen bijgekomen afgelopen jaar. Per saldo nul.
Ook de macht in de Nederlandse bestuurskamers blijft onevenredig verdeeld. Daar zitten nog steeds overwegend mannen, zo bleek uit de Female Board Index, de jaarlijkse ranglijst van topvrouwen in het beursgenoteerde bedrijfsleven.
Er zijn bitter weinig topvrouwen bij gekomen afgelopen jaar. Per saldo nul. Dat betekent dat er in Nederland van de bestuurders nog altijd slechts 6% vrouw is en van de commissarissen 25%. Het wettelijk streefcijfer voor beide functies is 30%.
‘Mannen zeggen vaak dat er geen goede vrouwen te vinden zijn, maar ik heb ze nog nooit níét gevonden’
Maak van dat streefcijfer snel een verplicht quotum, zegt headhunter Bercan Günel, opsteller van het Quota Manifest dat een lange lijst Nederlandse topvrouwen ondertekende.
In haar beroep legt Günel zich toe op vrouwelijke ceo's. 'Mannen zeggen vaak dat er geen goede vrouwen te vinden zijn, maar ik heb ze nog nooit níét gevonden.' Moedeloosheid ligt op de loer. 'Mijn dochter was 6 toen ik hiermee begon. Ze is nu net 26 en kampt met dezelfde barrières als ik destijds.'
De grootste barrière volgens Günel is over het algemeen man, blank, van middelbare leeftijd en ceo, oftewel: de zittende orde. Die moet allereerst ruimte maken.
‘Mannen rekruteren en benoemen naar eigen beeld, want dat is comfortabeler’
Vrouwen moeten niet blijven hangen in deeltijdbanen, dat is waar, maar dat is niet de kern van het probleem, zegt ze. Die kern is dat mannen mannen benoemen, en geen vrouwen.
Dat ziet ook Wim Dejonghe, global senior partner bij Allen & Overy en volgens de Financial Times een 'HERo': een bestuurder die zich inzet voor de vrouwenzaak. 'Mannen rekruteren en benoemen naar eigen beeld, want dat is comfortabeler.'
Caroline Princen kan dat beamen. Ze was bestuurslid bij ABN Amro en lange tijd de enige vrouw aan tafel. 'Mannen vinden diversiteit gedoe en dat is het ook. Als je gewend bent dat je allemaal uit hetzelfde hout gesneden bent, van dezelfde corpora komt en op hetzelfde hockeyveld staat, dan schakel je sneller. Als er dan ineens vrouwen in de bestuurskamer komen die emoties tonen, die je niet begrijpt en met wie je niet dezelfde grappen kunt maken, dan is dat gedoe.'
Plus: de status wordt minder. Beroepsgroepen waar vrouwen de overhand krijgen, zoals onderwijs, dalen in aanzien. Dat hebben we niet altijd door, zegt Princen, maar het speelt volgens haar wel een rol. 'Uiteindelijk draait het om het ego. Dat zit echt diep en is niet kwaad bedoeld. Vaak zijn het onbewuste vooroordelen.'
‘Vrouwelijk talent vinden is niet moeilijk, het moeilijkste is om ze te behouden’
Die vooroordelen zijn niet per se mannelijk. Vrouwen hebben ze ook en ze zijn ook nog eens hardnekkig. Zoals dat vrouwen minder goede leiders zijn. Dat vrouwen niet hard kunnen of willen werken. Dat vrouwen niet kunnen onderhandelen of minder goed zijn met cijfers. 'Allemaal absolute larie', zegt Dejonghe. 'Vrouwelijke kandidaten zijn meestal zelfs iets beter dan mannelijke.'
Dejonghe heeft er zijn missie van gemaakt om meer vrouwen aan de top te krijgen bij Allen & Overy. Hij laat trainingen geven over onbewuste vooroordelen in de bestuurskamer, heeft alternatieve partnertrajecten voor vrouwen opgezet en spoort zijn managers aan om al vroeg vrouwelijk talent op te pikken en daarin te investeren.
Hij doet er alles aan om een werkomgeving te creëren waarin vrouwen vervolgens ook blijven, want: 'Vrouwelijk talent vinden is niet moeilijk, het moeilijkste is om ze te behouden.'
We moeten 150 jaar geschiedenis inhalen, zegt Wim Dejonghe van Allen & Overy
Dat zit onder meer in het werkethos. Aan de top is het doodnormaal om tweeduizend uur per jaar te werken. En als je je mail niet binnen een kwartier beantwoordt, denken mensen dat je dood bent. Ook in het weekend.
Vrouwen vinden dat niet erger dan mannen, maar vaak kunnen ze dat simpelweg niet combineren met de zorg voor hun kinderen. Mannen ook niet, maar daar is weer zo'n vooroordeel: vrouwen hebben kinderen, mannen hebben een vrouw die voor hun kinderen zorgt.
'We moeten 150 jaar geschiedenis inhalen', zegt Dejonghe. 'Het systeem is ingericht op blanke mannen die een echtgenote thuis hebben zitten. Dat veranderen we niet in één keer, daar is tijd voor nodig.'
En misschien toch een quotum, denkt Dejonghe, net als Günel. Want hij constateert dat ook zijn Allen & Overy dit jaar weer voornamelijk mannen benoemde, net als vorig jaar.
Zijn doel is om in 2021 30% van de benoemingen vrouw te laten zijn. 'Ik hoop dat ik het haal zonder quotum, maar eerlijk gezegd denk ik dat een quotum de enige manier is.'
Dat vindt zeker niet iedereen. Een zwaktebod, noemde VNO-NCW-voorzitter Hans de Boer een vrouwenquotum. En econoom Barbara Baarsma, directeur kennisontwikkeling van Rabobank, noemde het vrouwenquotum in het FD een paternalistisch paardenmiddel.
‘In 2019 gaan we afrekenen’
En dat is het ook, zegt Caroline Princen, zelf ooit verklaard tegenstander. 'Ik zei altijd: quota zijn voor vis, niet voor vrouwen.' Als voorzitter van de commissie Monitoring Streefcijfer stelde Princen haar mening bij.
Haar commissie deed dit jaar een harde aanbeveling voor een quotum. 'Er gebeurt anders niks. Bedrijven hebben nu al dertien jaar de tijd gehad om vrouwen te benoemen, maar ze vinden het gewoon niet belangrijk genoeg.'
En dat terwijl er naast ideologische ook rationele argumenten zijn voor meer vrouwen in de bestuurskamer. Het ene na het andere onderzoek wijst uit dat bedrijven beter presteren met vrouwen.
De voordelen zijn zelfs nog groter dan gedacht, bleek deze maand uit onderzoek van het IMF, want ook mannen presteren beter als er vrouwen in het team zitten, waardoor de winst exponentieel stijgt. Bovendien, zegt Dejonghe, vragen steeds meer cliënten om teams met diversiteit. 'Zelfs in de traditionele financiële sector waarin wij opereren komen we niet meer weg met alleen mannelijke adviseurs.'
Gaat dan volgend jaar lukken wat dit jaar weer niet is gelukt? Minister Ingrid van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, met emancipatie in haar portefeuille, denkt van wel: 'In 2019 gaan we afrekenen.'