De Xylella fastidiosa-bacterie slaat sinds 2013 hard toe in Zuid-Italië en heeft miljoenen eeuwenoude olijfbomen verwoest. Maar voor het eerst zijn er op de vernietigde velden nieuwe olijven geoogst, afkomstig van resistente bomen.
Olijfboer Cosimo Primiceri plant jonge olijfbomen van de Favolosa-soort, die resistent zijn voor de bacterie Xylella fastidiosa. Xylella heeft miljoenen olijfbomen vernietigd.Foto: Michele Martucci voor het FD
In het kort
In de Zuid-Italiaanse regio Puglia zijn de afgelopen jaren miljoenen olijfbomen geveld door de bacterie Xylella fastidiosa.
Puglia is goed voor zo’n 44% van de totale Italiaanse olijfolieproductie.
De totale schade is naar schatting meer dan €1 mrd.
De plant van een olijfboomsoort die resistent is, geeft de regio nieuwe kansen.
Wie door de regio Salento rijdt, ziet een landschap vol littekens. De Xylella fastidiosa-bacterie trok er vanaf 2013 een spoor van vernietiging. Vergeelde stronken, dorre takken, afgehakte boomstammen: kerkhoven van olijfbomen tekenen het gebied in de hak van de Italiaanse laars. In Salento lijkt het al jarenlang herfst.
Maar na jaren van destructie waait er eindelijk een wind van hoop in de Zuid-Italiaanse streek Puglia. Groen blad siert jonge olijfbomen. Plastic buizen houden hun dunne stam overeind en de twijgen buigen onder het gewicht van groene olijven. Het is de eerste oogst sinds de dode olijfbomen hier zijn geruimd.
‘Dit betekent een wedergeboorte van Salento na een lange en moeilijke reis’, zegt olijfboer Cosimo Primiceri, mede-eigenaar van Primoljo, dat jaarlijks goed is voor de productie van zo’n 100.000 liter olijfolie. Twee jaar geleden plantte hij drieduizend nieuwe olijfboompjes op zijn verwoeste velden in de gemeente Casarano, waar zijn vader in 1937 het familiebedrijf startte.
Het betrof een proef met bomen van de Favolosa-soort, die – zo werd bij toeval ontdekt – resistent is voor Xylella fastidiosa.
Een mirakel
Dit ‘prille begin’ voelt als een ‘mirakel’, aldus Primiceri. Hij had dit jaar nog helemaal geen opbrengst verwacht, maar oogstte zo’n 10% van het productiepotentieel van de bomen. ‘Onze hoop is met deze oogst zekerheid geworden. Dit betekent een betere toekomst en het heeft sociaal-economisch een grote impact: we kunnen weer werk verschaffen aan vele families.’
‘Onze hoop is met deze oogst zekerheid geworden. We kunnen weer werk verschaffen aan vele families’
Puglia wordt wel ‘de long van de Italiaanse olijventeelt’ genoemd en is goed voor zo’n 44% (101 miljoen kilo) van de totale Italiaanse olijfolieproductie, volgens Italia Olivicola, het nationale consortium voor olijfproductie. Landbouw is hier synoniem aan olijfbomen, die goed gedijen in het warme klimaat, op het vlakke land en bij de zee. ‘Zonder Puglia zou er geen Made in Italy zijn’, zegt Nicola Ruggiero, directeur van het consortium Oliveti d’Italia, terwijl hij wijst naar de uitgestrekte olijfgaarden.
Maar nu al zeven jaar lang verdrogen hier tak voor tak de bomen als gevolg van de infectie, die de doorgang van water in de boom verhindert. Er zijn de afgelopen jaren naar schatting zo’n 4 miljoen olijfbomen geveld op een totaal van 22 miljoen in de regio, sommige bomen na honderd tot wel duizend jaar ‘trouwe dienst’. Volgens velen een ‘culturele ramp’.
Maar ook economisch desastreus: alleen al de afgelopen drie oogstseizoenen bedroeg het verlies €390 mln. De totale schade is naar schatting meer dan €1 mrd en heeft tot een daling van 9,5% in de Italiaanse olijfproductie geleid.
Via een lading sierplanten
De bacterie kwam aan land via een lading sierplanten afkomstig uit Costa Rica, doorgevoerd via de Rotterdamse haven. ‘De Nederlandse douane had beter moeten controleren’, vindt Primiceri. Vliegjes brachten de bacterie over naar een olijfboom, waarna de besmetting vliegensvlug om zich heen greep. Nog altijd verspreidt de bacterie zich noordwaarts, met een snelheid van zo’n twintig kilometer per jaar. Xylella fastidiosa is schadelijk voor 300 plantensoorten, waaronder ook druiven en lavendel.
Dode olijfbomen, na aantasting door de bacterie Xylella fastidiosa. In de streek Puglia, die wel ‘de long van de Italiaanse olijventeelt’ wordt genoemd, zijn de afgelopen jaren 4 miljoen bomen geveld.Foto: Michele Martucci voor het FD
Over waarom de ziekte juist bij olijven zo drastisch toesloeg, discussiëren boeren, onderzoekers en belangenbehartigers onophoudelijk. Er wordt onder meer gewezen op de ‘verwaarlozing van plantages’ door Pugliese boeren.
‘Het is belangrijk de aarde schoon, aangeharkt en onkruidvrij te houden, zodat insecten zich er niet te veel nestelen’, zegt Raffaele Calzolaio, die in Puglia woont, maar op olijvenbedrijf Marina Colonna in de nabijgelegen regio Molise toeziet op de olieproductie. ‘Puglia staat niet bekend om zijn goed onderhouden olijfgaarden.’
Complottheorieën
De bacterie wordt in Zuid-Italië ook veelvuldig vergeleken met corona, vanwege de impact van de pandemie en de quarantaine: besmette bomen worden geïsoleerd of platgebrand om verdere besmettingen te voorkomen. Maar volgens Calzolaio is er nog een gelijkenis: ook bij Xylella fastidiosa doen complottheorieën de ronde. Zo zou de bacterie zijn geplant om aanspraak te kunnen maken op EU-subsidies.
‘Een pathologie die zo agressief is, kan alleen maar de natuur creëren’
‘Klinkklare onzin, een fantasie’, reageert Giuseppe Lima, die als professor aan de landbouwfaculteit van de Universiteit van Molise in samenwerking met de Universiteit van Bari onderzoek doet naar Xylella fastidiosa. ‘Een pathologie die zo agressief is, kan alleen maar de natuur creëren. Daar zijn vele jaren van evolutie voor nodig. Was de bacterie artificieel geweest, dan hadden we dat in DNA-modificaties teruggezien.’
Nadat opviel dat een veld met de Fs-17-olijfboomsoort, beter bekend als Favolosa, niet werd getroffen, werd onderzoek gedaan en bleek dat deze boom de fastidiosa-bacterie kan overleven. Fs-17 is niet nieuw, maar kwam amper voor in Puglia, vertelt Lima. ‘Er is nog een ander cultivar, de Leccino-soort, die resistent is voor aanvallen van de bacterie. Maar die wint het niet van de Fs-17.’
‘De Favolosa is de Ferrari onder de olijfbomen. We hebben al na twee jaar kunnen oogsten’
‘De Favolosa is de Ferrari onder de olijfbomen’, vat Ruggiero van Oliveti d’Italia het samen. ‘We hebben al na twee jaar kunnen oogsten. Veel olijfbomen doen daar normaal gesproken zes tot zeven jaar over.’ Hij ziet de Xylella-plaag – ‘waarmee we moeten leren samenleven zoals met het coronavirus’ – behalve als een ‘ramp’ als een ‘geweldige kans om te veranderen’. ‘Puglia is eindelijk aan het innoveren, velden worden beter onderhouden, de pluk gemechaniseerd. En waar innovatie is, zijn jongeren.’
Een verwaarloosd probleem?
Boeren hebben zich lange tijd niet gesteund gevoeld door hun eigen regering en door Brussel. ‘Het systeem heeft niet gefunctioneerd, noodmaatregelen kwamen maar niet op gang’, zo zegt professor Lima. ‘Italië heeft het probleem verwaarloosd’, vindt Pasquale Scivittaro, woordvoerder van Italia Olivicola.
Volgens Scivittaro werd de regering zich pas bewust van het ‘enorme Xylella-probleem’ na de grote ‘oranje-hesjes’-landbouwdemonstratie op 14 februari 2019 in Rome. ‘Maar de staat heeft nooit een wet aangenomen die boeren toestaat te ontwortelen en te herplanten zonder eerst door duizend bureaucratische beperkingen te moeten gaan.’
Brussel heeft inmiddels het probleem erkend en €300 mln subsidie toegezegd aan de Pugliese boeren. Onder meer om de olijfkerkhoven te ruimen, te herbeplanten, olijfbomen te beschermen en inkomenssteun te bieden. Het eerste subsidiegeld komt nu binnen, terwijl ook de eerste cijfers over de oogstopbrengst van 2020 binnendruppelen.
‘De olijfolieproductie is ingestort, maar de kwaliteit blijft uitstekend’
‘De olijfolieproductie is ingestort, maar de kwaliteit blijft uitstekend’, aldus Italia Olivicola. Dit jaar daalt de productie met 36%. De Pugliese productie, met een verlies van 51%, drukt zwaar op de cijfers, die naast de littekens in het landschap te wijten zijn aan weersomstandigheden en de cyclische aard van de oogst. Dit jaar ligt veel grond braak.
Olijfboer Primiceri loopt glunderend over zijn geruimde velden. Onder de novemberzon woelen tractoren de roodbruine aarde om. ‘Er worden nog eens 24.000 Favolosa-bomen geplant.’
Even verderop in Bitonto, nabij Bari, draait de olijfperserij op volle toeren. Hier worden de eerste olijven van het seizoen ontdaan van blad, gewassen, gemalen, gepureerd en de olie van het water en de olijvenpasta gescheiden. Uit ijzeren machines vloeit extra vergine groengeel goud, boterzacht maar pittig van smaak.