Stroomvoorziening is van oudsher een nationale aangelegenheid. Een beperkt aantal kolen,- kern- of gascentrales levert daarbij de stroom voor de eigen huishoudens. Maar dat is aan het veranderen. Als het in Noord-Duitsland hard waait, heeft dat inmiddels ook gevolgen in Nederland, doordat nationale stroomnetwerken steeds beter met elkaar zijn verbonden. Nu nog gaat slechts 10% van de stroom in Europa een grens over, maar de verwachting is dat dat percentage de komende jaren sterk toeneemt.

'De vergroting van de interconnectiecapaciteit in Europa is een moeilijk project. Het is lastig te realiseren door multilaterale besluitvorming en planologische- en vergunningsproblemen', aldus een woordvoerder van hoogspannnigsnetbeheerder Tennet. Maar als die uitdagingen worden overwonnen, kan op termijn een overschot aan zonne-energie in Zuid-Europa moeiteloos worden getransporteerd naar Noord-Europa en windenergie vanuit Scandinavië naar Spanje.
Nu gebeurt dat al tussen een aantal verbonden landen, zoals Nederland en Duitsland. 'Vooral in de weekenden, wanneer de stroomvraag in Duitsland afneemt maar men de bruin- en steenkoolcentrales niet wil uitzetten en er bij veel wind en zon overschotten ontstaan, wordt meer stroom geëxporteerd naar Nederland. Dat heeft een prijsdrukkend effect, waar energiebedrijven in Nederland behoorlijk last van hebben', zegt Martijn Duvoort. Hij is hoofd markt en regulering bij energieadvies- en certificeringbureau DNV GL.
Betrouwbaarheid
Naast een prijseffect heeft de toename in de stroomexport invloed op de betrouwbaarheid van het netwerk in Nederland. 'Netbeheerder Tennet heeft op dit moment nog geen problemen met het in balans houden van het netwerk, maar de vraag is hoe toekomstvast het systeem is als fluctuaties gaan toenemen', aldus Duvoort. Volgens hem kunnen toekomstige problemen deels worden opgelost door een eerlijker speelveld te creëren. Nu wordt het aanbod van duurzame energie in Duitsland niet bepaald door de vraag in de markt, omdat producenten van duurzame energie in Duitsland een vaste vergoeding ontvangen voor hun groene stroom. Hierdoor heeft de productie van duurzame energie een vlucht genomen, bekend als de 'Energiewende'. Het Duitse overschot aan stroom wordt doorgaans geëxporteerd, vaak tegen lage prijzen.
'Hoewel dit op korte termijn positief is voor afnemers, verstoort het de werking van de energiemarkt op langere termijn. Het vermindert de prikkels voor nieuwe investeringen in gascentrales die nodig zijn als er te weinig wind of zon is', constateerde de Autoriteit Consument & Markt een aantal jaar geleden al.
Eerlijker speelveld
Duvoort pleit voor een systeem waarbij een eerlijker speelveld wordt gecreëerd en marktprijzen dus beter de vraag en het aanbod van energie weerspiegelen. 'Dan wordt de echte waarde van flexibiliteit in de energievoorziening duidelijk, ontstaan er nieuwe verdienmogelijkheden voor energieopslag en kunnen gascentrales hun capaciteit op de markt verkopen', aldus Duvoort.
Mocht zo'n decentrale aanpak niet van de grond komen dan kunnen er in de toekomst problemen ontstaan. Vanaf 2020 zal het vaker voorkomen dat de buffercapaciteit onvoldoende is om de onbalans in de energietoevoer op te vangen. 'De pieken en dalen in stroomopwekking worden groter en frequenter, net als de onvoorspelbaarheid ervan, nu zonne- en windenergie steeds meer worden gebruikt', schrijft DNV GL in een recente publicatie.
Er zullen volgens Duvoort in Nederland tot aan het punt van 20% duurzame energie geen problemen in het netwerk optreden. Maar wordt het aandeel groter, dan vereist dat aanpassingen aan het systeem. 'Als we het laten voortkabbelen, hebben we op termijn een probleem. De huidige markt levert onvoldoende financiële prikkels aan energieaanbieders om te investeren in een deel van de buffercapaciteit.'
Gevolgen Energiewende
Nederland ondervindt ook nog op een andere manier de gevolgen van de Energiewende. 'Doordat er onvoldoende transportcapaciteit is in Duitsland om de windenergie uit het Noorden te transporteren naar de grootverbruikende industrie in het zuiden van het land stroomt veel energie vanuit Noord-Duitsland via Nederland, België en Frankrijk naar Zuid-Duitsland', aldus een woordvoerder van Tennet.
Deze fysieke stromen leggen een beslag op de beschikbare interconnectiecapaciteit en verkleinen de mogelijkheden voor import en export naar en vanuit de Nederlandse markt. Tennet investeert op dit moment in de aanleg van nieuwe verbindingen zoals de Noord-Zuid verbinding in Duitsland. 'Daarmee komt er meer capaciteit beschikbaar voor import voor eigen gebruik', aldus Tennet.
Lees ook: Met schrappen kolentaks is lijdensweg Duitse energiereuzen allerminst voorbij