Shell is verontwaardigd dat overheidsdiensten telefoongesprekken van medewerkers hebben getapt. Het gaat om personeel van Shell zelf en van dochtermaatschappij Shell Chemie Nederland.
Deze afluisteroperatie onder leiding van het Openbaar Ministerie (OM) vond plaats tijdens het interne onderzoek door de Shell-medewerkers naar de oorzaken van een grote explosie. Die vond op 3 juni 2014 plaats op het chemiecomplex van Shell Moerdijk.
Maximale boete
De ergernis van Shell over deze afluisteroperatie kwam donderdag tot uiting in de strafzaak die het OM tegen het concern heeft aangespannen. Het OM beschuldigt Shell Chemie Nederland van het willens en wetens in levensgevaar brengen van mensen en het bewust overtreden van de milieuregels.
Afgelopen dinsdag eiste het OM in deze strafzaak de maximaal mogelijke boete van €2,68 mln tegen Shell. Niet alleen voor de explosie in Moerdijk, maar ook voor een maandenlange gaslekkage bij Shell Moerdijk. Advocaten van het kantoor Nauta Dutilh vroegen de rechtbank donderdag om vrijspraak voor de zwaarste verwijten. Andere lichtere verdenkingen van het OM zijn volgens de verdediging verjaard.
Vele medewerkers getapt
De advocaten van Shell betoogden donderdag dat niemand enig idee had van een mogelijke oorzaak van de explosie. Shell heeft steeds meegewerkt aan onderzoeken naar de explosie, onder meer die van het OM en de Onderzoeksraad voor de Veiligheid. Interne onderzoeksgegevens zegt Shell zonder terughoudendheid te hebben gedeeld met de autoriteiten.
Gezien die bereidwilligheid valt het Shell zwaar dat medewerkers zijn getapt, zeiden de advocaten van het oliebedrijf. Die informatie kwam aan het licht omdat die in het strafdossier was opgenomen. 'Ondanks de openheid van Shell Chemie Nederland is zij “beloond” met wantrouwen, achterdocht en ongenuanceerde opvattingen.'
De verdediging verwees naar de officier van justitie in deze zaak, Ingeborg Koopmans. Voordat de rechtbank zich over de verdenkingen tegen Shell kon buigen, schreef zij er met twee andere auteurs al over in een wetenschappelijk tijdschrift. Ze kwamen tot de conclusie dat Shell strafrechtelijk verwijtbaar schuldig was aan de ontploffing van de Moerdijk-installatie. 'Ontluisterend' en 'ongehoord', vonden de Shell-advocaten.
Het bewuste artikel stond in het Journal of Loss Prevention in the Process Industry. De officier haar mede-auteurs schreven dat de nalatigheden van Shell Moerdijk 'bijna het bevattingsvermogen te boven gaan'. Bij de explosie in Moerdijk kwamen volgens het OM louter door toeval geen mensen om het leven. Er vielen twee gewonden. Grote brokstukken van de ontplofte installatie werden honderden meters weggeslingerd.
Volgens de Shell-advocaten was de impact van de ontploffing op zichzelf al 'enorm', ook financieel en gemeten naar reputatieschade. 'Daarover beklaagt Shell Chemie Nederland zich niet. Wel over de onterechte bijdrage die de officier van justitie daaraan deed.' De verdediging ontkent met kracht dat Shell met opzet het risico op een ontploffing nam.
OM botst met rechtbank
Na het vier uur lange pleidooi van de verdediging weigerde de officier donderdag te reageren. Zij vond dat de rechtbank haar te weinig reactietijd gunde. Zij suggereerde vooringenomenheid van de rechters. 'Ze nemen het OM niet serieus,' aldus de officier tijdens de daaropvolgende schorsing. De rechtbankvoorzitter noemt deze beschuldiging van het OM 'ronduit betreurenswaardig'. De rechtbank verwacht 7 juni uitspraak te doen.