Nederland, Frankrijk en Duitsland willen dat Brussel meer doet tegen de marktmacht van grote technologiebedrijven als Google en Facebook. Ze vinden een wetsvoorstel van de Europese Commissie hierover niet ambitieus genoeg.

Dat staat in een donderdag gepubliceerd document, een zogeheten non-paper. Het stuk is ondertekend door de Duitse minister Peter Altmaier (economie en energie), de Franse minister Bruno Le Maire (economie en financiën) en staatssecretaris Cédric O (digitalisering), en demissionair staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat.

Zij stellen voor dat álle fusies en overnames door grote digitale platforms worden beoordeeld door een EU-toezichthouder. Dat onder meer om te voorkomen dat deze digitale platforms innovatieve start-ups blijven opkopen en daarmee toekomstige concurrenten uitschakelen.

In het voorstel van de Commissie, dat dateert van december, staat dat grote platformbedrijven weliswaar ieder overnameplan moeten melden in Brussel. Maar er staat niet in dat de Commissie de overname vervolgens ook moet onderzoeken. Nederland, Frankrijk en Duitsland willen die verplichting dus wel in het leven roepen.

Nationale toezichthouders

De drie lidstaten benadrukken in dit verband het belang van toezicht op EU-niveau door de Europese Commissie, maar zien hier ook een rol voor nationale toezichthouders.

De voorstellen van de drie landen zijn een aanvulling op de Digital Marktenwet (DMA), die speciaal is ontworpen om wat te doen aan de marktmacht van zogeheten poortwachters. Dat zijn bedrijven waar een internetgebruiker die op zoek is naar bepaalde diensten, niet omheen kan. Zoekmachine Google is daar een goed voorbeeld van, net als webwarenhuis Amazon en het sociale mediabedrijf Facebook.

In het DMA-voorstel zijn maatregelen vastgelegd om de macht van digitale platforms te beperken. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de verplichting om data te delen of om het verbod op het bevoordelen van eigen producten of diensten in rangordes.

Staatssecretaris Mona Keijzer (EZK): 'Het is positief dat het EU-voorstel met duidelijke verboden en verplichtingen de juiste kaders stelt aan grote digitale platforms van buiten én binnen de EU. Wel is in aanvulling daarop maatwerk noodzakelijk, zodat we doelen daadwerkelijk bereiken en op snelle veranderingen kunnen inspringen.'

Gericht ingrijpen

Een flexibele aanpak moet volgens haar gericht ingrijpen bij de allergrootste spelers mogelijk maken. 'Daarbij hoort ook onze inzet om te voorkomen dat zij aan de lopende band innovatieve startups opkopen. Daarom willen we dat álle fusies en overnames door poortwachters door de toezichthouder worden beoordeeld.'

De betrokken EU-bewindspersonen bespreken de voorstellen van de drie landen donderdag in Brussel in de Raad voor Concurrentievermogen. De discussies met andere lidstaten, het Europees Parlement en de Europese Commissie over het wetsvoorstel zouden begin 2022 afgerond moeten worden.