Instituut voor internationale betrekkingen Clingendael wil rectificatie van een uitspraak van Volt-Tweede Kamerlid Nilüfer Gündogan. Gündogan noemde Frankrijk vorige week in het FD 'extreem islamofoob'. 'President Emmanuel Macron gooit olie op het vuur, en daar gaan nieuwe aanslagen van komen, zei ook een senior onderzoeker van Clingendael tegen me.' Directeur Monika Sie Dhian Ho van Clingendael benadrukt dat dit zeker niet het standpunt van haar denktank is.
'Er is geen project, onderzoek of bijeenkomst geweest met onderzoekers van Clingendael die aanleiding had kunnen zijn voor dergelijke radicale uitspraken', stelt Sie. 'Publicaties van Clingendael komen altijd tot stand na een zorgvuldige peerreview en uitspraken van onderzoekers zijn gebaseerd op feitelijke onderbouwing, context en deskundigheid. Daar past geen politiek of activisme bij zoals wel uit de geciteerde uitspraak spreekt. Verder herkent geen van de senior onderzoekers bij Clingendael zich in deze uitspraak.'
Sie vindt dat deze krant de bewering van het Kamerlid had moeten verifiëren. De hoofdredactie heeft begrip voor dat standpunt, maar oordeelt dat er journalistiek correct is gehandeld.
Gündogan houdt vol dat haar bron bestaat (een 'oudere, witte autochtone man', zei ze op Twitter), maar wil zijn naam niet noemen. 'De uitspraak is inderdaad niet gedaan tijdens officiële gelegenheden. Het ging om een gesprek in de privésfeer.'
Sie neemt er geen genoegen mee. 'Dergelijk gebruik van geruchten en hearsay is niet acceptabel. Met verwijzing naar Clingendael probeert een parlementariër een persoonlijke opvatting te onderbouwen. De manier waarop dat hier is gebeurd is zeer ongepast.'
Hoe kijkt haar instituut dan wel aan tegen Macrons pogingen om het moslimfundamentalisme in te dammen en nieuwe aanslagen te voorkomen? Sie: 'Clingendael doet alleen uitspraken op basis van onderzoek en dat heeft in dit verband niet plaatsgevonden.'