Mijn vraag was wat hij ‘deed’.
Een rare vraag, vinden mijn vrienden naarmate ze ouder worden: gaat het niet veel meer om wat iemand bezighoudt, wat iemand ‘drijft’, hoe iemand het leven waardevol weet te maken?
Zeker in dit geval ruikt de vraag suspect, hij impliceert namelijk: hoe komt u aan zo veel geld?
Maar de man die tegenover me staat, ziet de problemen van mijn vriendenkring net zomin als ik: ‘Private equity. Een fonds dat ik een paar jaar terug heb verkocht.’ Hij zegt het achteloos, alsof het een transactie via Marktplaats betreft. ‘Nu investeer ik wat. En we reizen.’
Dan heft hij het glas: ‘Op het goede leven.’
Wat je zegt.
Naast het jacht van mijn gastheer liggen tientallen andere jachten, het ene nog hoger en langer dan het andere. Een Filipijns meisje schudt de kussens op bij de buren. Over de kade rijden zonder uitzondering exclusieve auto’s voorbij, ze glimmen in de zon, net als de ogen van hun bezitters.
De Amerikaan heeft vanmiddag een select gezelschap aan boord voor een wijnproeverij. De connaisseur van dienst maakt er een hele show van, terwijl de ene na de andere uitzonderlijke wijn wordt bijgeschonken. ‘Bootwijn’, doceert hij, ‘moet jong zijn, zeker rode. Hoe ouder, hoe meer sediment. Bij een beetje golfslag ruïneren al die deeltjes zelfs je topwijnen.’
Het gezelschap knikt instemmend, dat is genoteerd.
Een verdieping lager adviseert ondertussen een uit Londen ingevlogen ‘bespoke tailor’ de gasten wat je aan boord het best kunt dragen – buiten bermuda en flipflops dan. Het blijken creaties van de meest exquise stoffen, liefst met veel vakjes voor sigaren en notitieboekjes.
Al met al is de middag behoorlijk gevuld. De Amerikaan glimlacht: ‘Het waait te hard om te gaan varen en zo gebeurt er toch wat.’
Als ik hem vraag waarheen dit vrije leven hem verder leiden zal, blijkt er een heel programma aan het nietsdoen ten grondslag te liggen.
Ik hoor over huizen op de Bahama’s en ‘back home’, over onroerend goed in Europa en Azië. ‘En ik ben toch weer een investeringsmaatschappijtje begonnen. We volgen een paar bedrijven. Met een mannetje of tien. Niets groots.’
Dan gaat zijn mobieltje. Zaken, verontschuldigt hij zich.
Ik blijf achter met mijn wijn en met de vraag of dit dure nietsdoen eigenlijk niet gewoon een baan is. Zonder vakantiedagen.
Meer FD Persoonlijk? Lees verder op fdpersoonlijk.nl.