Als volleerd data-analist onderzocht Google X-topman Mo Gawdat nauwgezet zijn sombere buien en vond na een tragische gebeurtenis een formule voor geluk. Het resulteerde in het boek De logica van geluk. ‘Mijn brein produceert gedachten, maar ik ben de baas.’
Mo Gawdat wil met zijn stichting One Billion Happy aan het begin van een beweging staan.Fotografie: Friso Keuris.
Of het interview bij nader inzien in zijn hotel, het Americain, mag plaatsvinden? Mo Gawdat (50) heeft griep en moet nog langer mee. Hij is chief business officer bij X, de zogeheten dromenfabriek van Google, die zich bezighoudt met ‘moonshots’: radicaal innovatieve ideeën die de wereld moeten veranderen. Zoals ballonnen die op grote hoogte internet bieden op iedere vierkante meter van de aarde.
Maar het interview gaat over iets anders: zijn boek De logica van geluk. Voor vandaag staan meerdere interviews en een avondvullende lezing op het programma en Gawdat staat pas aan het begin van een langdurig mediaoffensief. Zijn boek zal in 28 landen verschijnen en Nederland is het vijfde land waar het uitkomt.
Zijn persoonlijke ambitie strekt nog veel verder dan het promoten van zijn boek. Gawdat hoopt mensen wereldwijd te raken met zijn geluksformule en roept iedereen op zijn inzichten te delen. Zijn doel: een miljard mensen gelukkig maken. Met zijn stichting One Billion Happy gaat hij initiatieven faciliteren die mensen gelukkig maken. Hij wil aan het begin staan van een beweging.
Hoge eisen
Gawdat knijpt vijf sachets honing leeg in zijn glas muntthee. Zijn kale hoofd ziet bleek ondanks zijn getinte huid, maar de donkere ogen achter de brillenglazen staan helder en zijn energieniveau lijkt niet te lijden onder de griep. Hij had zojuist zijn vrouw aan de telefoon, vertelt hij, en zei tegen haar: overmorgen ben ik ervanaf. Het is een besluit, ‘mind over body’. Het past bij Gawdat en zijn logica, zal blijken in de loop van het gesprek.
‘Ali is te jong gestorven; dat is een deel van de waarheid. De hele waarheid: hij leefde en ging dood, dus waarom zou ik niet vooral denken aan zijn leven?’
Ali is te jong gestorven; dat is een deel van de waarheid. De hele waarheid: hij leefde en ging dood, dus waarom zou ik niet vooral denken aan zijn leven?Het verhaal begint met de periode in zijn leven dat hij diep ongelukkig was. Hij was halverwege de dertig, zeer succesvol en verdiende extreem veel geld, maar voelde zich vooral leeg. Hij was verworden tot iemand voor wie nooit meer iets goed genoeg was. Onuitstaanbaar voor zijn omgeving bovendien.
‘Ik liet me beetnemen door het moderne leven. Hoe meer het leven me gaf, hoe meer ik begon te denken dat ik een soort klantovereenkomst had met het leven: “life owed me”. Ik had recht op meer. Ik begon te geloven dat wat ik in mijn werk deed ook haalbaar was in mijn persoonlijke leven, dat ik de controle had, alles kon kopen en aan alles en iedereen hoge eisen kon stellen. Ja, ik had een leuke vrouw, maar dit en dat kon toch beter. En ja, ik vond mijn kinderen, Ali en Aya, geweldig, maar waarom haalden ze een 8 en geen 10? Ondertussen voelde ik me verdoofd. Als zakenman was ik gewend dat hard werken leidt tot resultaten, maar mijn pogingen mijn depressie de baas te worden liepen op niets uit. Het was als drijfzand: hoe harder ik me eraan probeerde te ontworstelen, hoe dieper ik wegzonk.’
U zocht in boeken, documentaires en lezingen naar informatie over geluk. Vond u daar een uitweg? ‘Het probleem was: de boodschap kwam niet over. Mijn brein is niet ontworpen voor de taal van spiritualiteit, liefde en schoonheid waarin deze boeken zijn geschreven. Ik raak er zelfs door geïrriteerd. Ik ben een ingenieur, ik versta de taal van feiten en wetenschap. Daarbij: ik ben een topmanager. Vertel me niet wat ik moet doen, vertel me waaróm ik iets moet doen. Het waarom ontbrak altijd, net als de analyse van het probleem: wat is geluk en in welke staat verkeren we als we gelukkig zijn? En dan: waar gaat het mis als we niet gelukkig zijn? Kijk, als je mij als ingenieur een machine geeft die kapot is en me vraagt die te maken, is mijn eerste vraag: als deze machine goed werkt, wat hoort die dan te doen? Als ik dat niet weet, kan ik niet achterhalen wat er mis mee is en kan ik haar niet maken.’
Je brein vergelijkt elke gebeurtenis met wat je verwachtte dat er ging gebeuren, zegt Gawdat.
De machine mens
Gawdat besloot via die gedachtegang zelf op zoek te gaan.
‘Stap een was te kijken waar het probleem begon. Terugkijkend zag ik dat ik altijd gelukkig was tot ongeveer mijn 23ste. Dat was een belangrijke observatie; ik dacht: we worden dus gelukkig geboren. Iedere baby die krijgt wat hij nodig heeft om te overleven is gelukkig. Een baby speelt, is gericht op waar hij mee bezig is en is blij. Je hebt dus niets nodig van buiten om je gelukkig te voelen. Het ontwerp van de machine mens is in orde, we ontgroeien ons geluk alleen vaak. Dat beantwoordde mijn belangrijkste vraag destijds: waarom maken al die gadgets, auto’s en feestjes die ik me kon veroorloven me niet gelukkig? Omdat ik zocht op de verkeerde plek, buiten mijzelf in plaats van in mij.’
‘Stap twee was achterhalen hoe de machine werkt. Ik schreef data op van alle momenten waarop ik gelukkig was. Het waren stuk voor stuk heel eenvoudige momenten: voetballen met Ali, een gesprek met een vriend, lekker eten. Waarom was ik ongelukkig als dat wat me gelukkig maakte er al was in mijn leven? Ik had 92 datapunten en zette ze af tegen mijn leeftijd, mijn gewicht, mijn liefdesleven − ik maak geen geintje. Kortom: tegen werkelijk iedere variabele die ik kon bedenken, op zoek naar een correlatie. Die vond ik niet, maar in al die data viel me wel één constante op, die ook geldt voor jou en voor iedereen: ik voelde me gelukkig als het leven zo liep als ik verwachtte. Het gaat dus niet om wat er gebeurt en ook niet om wat ik wil dat er gebeurt, het gaat om de balans tussen die twee.’
Je brein vergelijkt elke gebeurtenis met wat je verwachtte dat er ging gebeuren, zegt Gawdat. Dat gebeurt duizenden keren per dag. Als de gebeurtenis voldoet aan de verwachtingen, laat je brein je met rust en dan heb je een vredig, tevreden gevoel. Zo niet, dan slaat het alarm. Er is iets mis, ik ben het niet eens met het leven zoals het is!
‘Het is een overlevingsmechanisme. Je brein vertelt je dat iets jouw aandacht nodig heeft en zet een emotie aan: zorgen, schuld, schaamte, angst of verdriet. Die zijn overweldigend genoeg om je aan te zetten tot verandering. Dát is ongelukkig zijn.’
Daarmee was de formule voor geluk duidelijk: geluk is groter dan of gelijk aan jouw perceptie van de gebeurtenissen in je leven min jouw verwachtingen.
Medische fout
Paradoxaal genoeg brengt het noodlot Gawdat er uiteindelijk toe zijn inzichten op te schrijven. In 2014 overleed zijn zoon Ali onverwacht na een medische fout die volgde op een eenvoudige blindedarmontsteking. Ali werd 21 jaar. Gawdat vertelt met warmte en diep respect over hem. Hoe Ali mensen wist te raken en helpen, overal waar hij kwam. Hoe Ali ook hem hielp in zijn zoektocht naar geluk door te luisteren en mee te denken. ‘Hij bekritiseerde nooit, maar hij stelde vragen die ervoor zorgden dat ik aannames ging heroverwegen of anders ging kijken. Eerder als een coach dan als een zoon.’
De eerste uren na Ali’s overlijden was Gawdat radeloos. Hij werd geplaagd door schuldgevoelens, want hij was het die Ali naar dat ziekenhuis in Dubai reed. Hij had hem naar een ander ziekenhuis moeten brengen, en, irrationeler: we hadden toch moeten verhuizen, als ik nou niet dit of dat had gezegd toen hij zes jaar was. Als dit, als dat. Na vijf uur kwam er een telefoontje: of het goed was dat er een autopsie werd gedaan.
‘Ali’s moeder zei, wijs als ze is: “Krijgen we er Ali mee terug?” Dat was voor mij de wake-upcall. De autopsie zou Ali niet terugbrengen, al die malende gedachten ook niet.’ Hij staat zichzelf sindsdien alleen nog blije en nuttige gedachten toe over Ali’s dood. ‘Mijn brein kan me vertellen: Ali is veel te jong gestorven. Ja, dat is een deel van de waarheid, maar de hele waarheid is: Ali leefde en ging toen dood. Dus waarom zou ik niet vooral denken aan de 21,5 jaar dat hij leefde, aan de tijd dat we samen muziek maakten en videospelletjes speelden? Had ik liever gehad dat hij niet had geleefd, zodat ik geen pijn had gevoeld? Natuurlijk niet.’
‘Ik voelde me gelukkig als het leven zo liep als ik verwachtte. Het gaat niet om wat er gebeurt of om wat ik wil dat er gebeurt, het gaat om de balans ertussen’
Zijn moonshot voor Ali noemt hij De logica van geluk. ‘Het boek wekt hem ook niet tot leven, maar het is wel zinvol, want het maakt de wereld net iets mooier.’
Is het niet ook soms heilzaam negatieve emoties te ervaren, omdat die horen bij het verwerkingsproces? ‘Het is belangrijk onderscheid te maken tussen pijn en lijden. Emotionele pijn, hoe hevig ook, is zinvol. Die spoort je aan de juiste stappen te zetten en je te ontwikkelen. Jij was jij niet geweest zonder de uitdagingen die op jouw pad zijn gekomen; die hebben je doen groeien. Maar is het nodig te lijden? Nee! Volslagen tijdverspilling.’
‘Neem als voorbeeld een gebroken hart. Dan kun je zeggen: ik voel de pijn, ik erken de pijn, ik omarm die en ik leer ervan. Wat ook kan, is de pijn onnodig opzoeken en herbeleven. Dan zeg je dingen tegen jezelf als: “Ik ben een idioot dat ik iets met die man heb gehad.” Je kunt jezelf martelen, niet vanwege de gebeurtenis, waar je toch niets aan kunt veranderen, maar door er een vreselijk verhaal van te maken. Dat is lijden, pijn op afroep, alsof je steeds weer op een knop drukt: doe me pijn, doe me pijn.’
‘Nuttige gedachten zijn gericht op de analyse. Wat is er eigenlijk gebeurd? Zie ik het hele plaatje of heb ik hem ook pijn gedaan? Dat soort gedachten is zelfs de reden dat je brein de pijn in gang zet, omdat het zegt: hé, hier valt iets te leren. En stap vooral niet in de valkuil dat jij en je gedachten dezelfde zijn. Ik denk dus ik besta, van Descartes. Nee, sorry, ik ben niet mijn brein, ik ben niet mijn gedachten, ik ben niet het bloed in mijn aderen en ik ben ook geen urine. De functie van mijn nieren is om urine te produceren, de functie van mijn brein is gedachten te produceren. Maar ik ben de baas.’
Als geluk in jezelf zit, is het najagen van geluk dan niet haast een contradictio in terminis? ‘Een van de redenen dat we het geluk soms niet vinden, is dat we het zoeken in allerlei substituten, als entertainment en shoppen. Ik zie dat als pijnstillers, voor korte tijd prettig, maar zodra ze zijn uitgewerkt komt de hoofdpijn terug. Omdat de oorzaak niet is aangepakt.’
‘Zo gaan we om met ons ongeluk: we leven eroverheen, zijn verslaafd aan plezier. Iedereen begrijpt dat dat niet het antwoord is. Het enige wat pijn weghaalt is gaan zitten en reflecteren. Accepteer de pijn en accepteer dat het een illusie is dat je het leven onder controle hebt en dat jij je gedachten bent. Dan is vier maanden later de pijn weg. Of negen maanden later. Of voor een enkeling negen jaar later.’
‘Geluk is een keuze. Het gaat er niet om wat er in je leven gebeurt, het gaat erom hoe je denkt over wat er in je leven gebeurt. Je kunt klagen dat het hard regent buiten, maar je kunt ook denken: het is september, het hoort te regenen. En trouwens, ik begrijp het hele plaatje, want in Syrië regent het ook, maar dan bommen, dus ik voel me gezegend. Stel: een vriend zegt iets pijnlijks. Dat duurt een minuut en jij denkt er vervolgens tweeënhalve maand over na. Is dat een goede “return-on-investment”? Je hebt een keuze. Je kunt de telefoon pakken en zeggen: “Meende je dat nou?” Meestal zegt iemand dan: “Nee, ik was gestrest, sorry.” Probleem opgelost. Of iemand zegt: “Ja.” Dan kun je het uitpraten of afscheid nemen. Je kunt met miljarden andere mensen vrienden zijn.’
CV
Geboren: 20 juni 1967, in Caïro Egypte
Werk: Werkt in de jaren negentig als beurshandelaar en tech executive in Dubai
2007: Gaat werken bij Google in de VS
2013-heden: Stapt over naar Google X, wordt daar chief business officer
'De logica van geluk'
2017 Publiceert het boek ‘Solve for happy’, in het Nederlands: ‘De logica van geluk’, Uitgeverij Brandt, € 20
‘Als het even kan loop ik naar mijn werk en ik heb mezelf de opdracht gegeven onderweg altijd één mooie foto te maken. Dat is een geweldige ervaring, omdat ik daardoor heel veel moois zie. En dat moois is het echte leven, alles wat we zien als entertainment is onecht. Sterker: dat zit in de weg bij het ervaren van het echte leven. Waarom zouden we pas op vakantie − ook entertainment − goed om ons heen kijken?’
Geluk als eigen verantwoordelijkheid, griep bedwingen als besluit: het heeft veel trekken van een rationele managementwereld, waarin schouders eronder leidt tot resultaat. Is deze zakelijke benadering van geluk voor Gawdat niet stiekem toch weer een manier om controle te krijgen over iets wat misschien gewoon grillig en ongrijpbaar is?
Hij lacht. ‘Controle hebben over je leven is een illusie. Niemand zal altijd gelukkig zijn, omdat het leven nare dingen met zich meebrengt. Het gaat erom dat je verantwoordelijkheid neemt voor je eigen gedachtegangen, want die leiden je naar geluk of er juist vanaf.’
Als om zijn woorden te relativeren zegt hij vervolgens geamuseerd: ‘En ja, ik ben nog steeds een controlfreak.’
Lees meer in FD Persoonlijk, het weekendmagazine van Het Financieele Dagblad over mensen, lifestyle, kunst, cultuur, mode en reizen.