Tijdens een theecursus in Rotterdam proefde ik voor het eerst pu erh-thee — ook een gefermenteerd product. Geen pu erh in zakjes, gruis dat voor veel geld wordt verkocht omdat het gezond zou zijn. Losse thee. Van tien jaar oud. Dit is de enige thee die beter wordt met het klimmen der jaren. Deze pu erh heeft een onvoorstelbare geur: licht gezet ruik je vers gedroogd hooi, iets sterker gezet een onmiskenbare stallucht. Dat klinkt misschien niet zo appetijtelijk, maar het is een geur die sommige mensen juist zoeken in rode wijn. Pu erh is bij uitstek geschikt voor bij het eten, voor mensen die geen of weinig alcohol willen, maar misselijk worden van altijd maar water, sap of frisdrank. Deze thee komt uit Yunnan, een westelijke Chinese provincie. Het blad wordt tot koeienvlaaien geperst en rijpt jarenlang op open rekken, blootgesteld aan de buitenlucht. De thee leek me wel wat bij paddenstoelen en vlees. Ik probeerde kip gestoofd met gedroogd eekhoorntjesbrood en marsala (zoete wijn). Dat was geen succes; gerecht en thee hadden niks gemeen. Toen probeerde ik hem bij een gebakken ribeye, lekker sappig en met vet dooraderd. Dat was het. De thee bood niet alleen moedig weerstand, hij was helemaal in zijn element. Het is de baksmaak die het ’m doet, realiseerde ik me. Gegrild had ook gekund. Gegrilde paddenstoelen (portobello’s) zullen vast ook van pu erh houden, vermoedelijk met wat kaneel. Dit is een non-alcoholische drank waarmee je voor de dag kunt komen. De thee is helemaal in zijn element bij gebakken ribeye