Van onze redacteur
Amsterdam
De belangrijkste Amerikaanse handelsindices zijn dinsdag met verlies gesloten. Dat gebeurde nadat de Amerikaanse regering maandag nabeurs maatregelen heeft genomen om zogenoemde ‘tax inversions’ tegen te gaan; overnames die hoofdzakelijk tot doel hebben het hoofdkantoor in een land te vestigen met een gunstigere winstbelastingheffing. De afgelopen maanden hebben al meer dan tien grote Amerikaanse bedrijven aangekondigd een dergelijke overname te doen. Ook werd de belegger geconfronteerd met nieuw geweld in Syrië en Irak, waar leden van terreurgroep Isis door de Amerikanen werden gebombardeerd.
De Dow Jones-index sloot 0,68% lager. De S&P 500 ging 0,58% in het rood. De Nasdaq noteerde een verlies van 0,42%.
De belangrijkste verliezers zijn dinsdag voornamelijk grote farmaceutische bedrijven. Een groot deel van ‘Big Pharma’ omvat Amerikaanse ondernemingen, die in enkele gevallen concreet bezig zijn met het opkopen van een buitenlandse branchegenoot of dat recentelijk hebben gedaan. Zo kwamen de koersen van Pfizer (-0,43%), Abbvie ( -1,96%), Allergan ( -1,86%) en Valeant ( -0,28%) onder druk te staan.
Dinsdag werd bekend dat Pfizer interesse heeft in geneesmiddelenproducent Actavis, dat in Ierland zijn winstbelasting betaald. Het bedrijf wordt op $ 62 mrd geschat. Alleen het aandeel Allergan won opvallend; de maker van botox die naar verluidt het risico loopt een vijandig bod van het Canadese Valeant Pharmaceuticals en Bill Ackman te ontvangen. Vandaag werd bekend dat Allergan de overnamegesprekken met Salix Pharmaceuticals, een Amerikaanse branchegenoot, weer heeft hervat.
Aan de stijgende lijn van het aandeel Facebook lijkt ook geen einde te komen. Het bedrijf is dichtbij een marktkapitalisatie van $ 200 mrd. Anonieme bronnen vertelden The Wall Street Journal dat het platform op korte termijn nog nauwkeuriger advertenties kan aanbieden. De koers steeg met 1,94%.