Zorgen om overheidsinterventies op voedselmarkt nemen snel toe
Marcel de Boer
Amsterdam
De snel stijgende voedselprijzen beginnen hun eigen dynamiek te creëren. Bevreesd voor schaarste proberen landen hun importen op te voeren, terwijl de traditionele voedselexporteurs juist op de rem gaan staan. Dit jaagt de prijzen verder op. Analisten achten de kans groot dat steeds meer overheden zullen interveniëren op de voedselmarkten. In dat geval is de voedselcrisis van 2008 terug van weggeweest.
In Algerije en Tunesië is die crisis inmiddels al realiteit. In die Noord-Afrikaanse landen waren de hoge prijzen van bloem en brood een van de oorzaken voor de rellen die in het laatstgenoemde land de president de kop heeft gekost. Maar ook in India wordt al in veel steden gedemonstreerd tegen de hoge voedselprijsinflatie in het algemeen en het tekort aan uien in het bijzonder. In Indonesië zijn de prijzen van rode chilipepers vijf keer over de kop gegaan. Uit angst voor rellen is daardoor de aandelenhandel in Jakarta al enkele weken in mineur.
De VN-voedsel- en landbouworganisatie FAO maakte vorige week bekend dat in de tweede helft van vorig jaar de voedselprijzen in de wereld met 32% zijn opgelopen tot niet eerder geziene niveaus. Vooral suiker, granen en plantaardige oliën werden flink duurder. In de afgelopen weken zijn de prijzen alleen maar verder opgelopen.
Volgens de FAO zijn de prijzen wel alarmerend hoog, maar zullen ze niet direct leiden tot een herhaling van de rellen en daadwerkelijke hongersnoden van tweeënhalf jaar geleden. Reden is dat de mondiale voorraden nu groter zijn dan toen. In het geval van tarwe zijn die volgens handelaren zelfs historisch hoog, maar het probleem is dat veel van de voorraden niet daar liggen waar ze nodig zijn.
Gisteren bleek Algerije in de afgelopen twee maanden een miljoen ton tarwe te hebben geïmporteerd. Daarmee hoopte de regering sociale onrust te voorkomen. In Mexico is de regering inmiddels begonnen maïsfutures te kopen uit vrees dat de prijs van tortilla's onbeheersbaar gaat stijgen. China, Syrië en Jordanië besloten onlangs dat de prijzen van bepaalde landbouwproducten niet verder mogen stijgen. Voor andere producten zijn juist subsidieregelingen opgetuigd om de bevolking te beschermen tegen marktbewegingen.
Het probleem in 2008 was vooral dat veel landen, waaronder belangrijke voedselexporteurs als Argentinië, Rusland, Vietnam en India, de uitvoer van rijst en andere granen beperkten. Daarmee wilden ze een binnenlandse prijsstijging voorkomen, maar dat lokte hamstergedrag uit bij de importeurs. Hedgefondsen en speculanten zouden dit gebruikt hebben om de prijzen nog een extra zetje omhoog te geven.
Voorlopig zijn er nog niet veel signalen van exporteurs die hun grenzen sluiten. Servië liet weten dat het een heffing overweegt op export van tarwe. Rusland verlengde vorige week zijn exportstop voor tarwe. Die maatregel was ingevoerd om de bevolking niet te laten lijden onder de droogte en bosbranden van afgelopen zomer.
De wereldleiders beginnen zich echter zorgen te maken. Gisteren werd duidelijk dat Frankrijk als voorzitter van de G20 van plan is om de FAO een grotere rol te laten spelen in de strijd tegen fricties op de landbouwmarkten. Cruciaal is daarbij dat de speculatie er aan banden worden gelegd.
Pagina 7: commentaar