Andries Doets en Casper Riekerk
Er is toenemende aandacht voor de bitcoin, een digitaal ruilmiddel, ook wel aangeduid als virtuele valuta. Die laatste term dekt de lading niet goed, want het gebruik van de bitcoin is inmiddels verre van virtueel. De bitcoin wordt steeds meer geaccepteerd als betaalmiddel en is gemakkelijk om te wisselen in gangbare valuta’s als euro en dollar via bijvoorbeeld online markten. De bitcoin wordt daarmee bruikbaar in de reële economie.
Afgelopen voorjaar liet de minister van Financiën nog weten dat de risico’s naar zijn oordeel op dit moment meevallen. Hij wil afwachten hoe de betaaleenheid zich verder gaat ontwikkelen en of de kring van acceptanten groter wordt. Het is de vraag of dat verstandig is.
Vanwege het digitale karakter van de bitcoin valt deze buiten de reikwijdte van het huidige toezichtkader. Dit betekent dat de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme niet van toepassing is. De bitcoin valt ook niet onder de Wet op het financieel toezicht, omdat bitcoins niet zijn uitgegeven in ruil voor ontvangen geld en geen vordering op een uitgever vertegenwoordigen. Misbruik ligt daarmee op de loer.
Via het internet kan een geldsom worden overgemaakt van een ver buitenland naar Nederland of vice versa, zonder dat de autoriteiten daar enig zicht op hebben. Fiscaal gezien is controle en handhaving lastig. De fiscus heeft laten weten dat nu bitcoins in euro’s kunnen worden gewaardeerd, belasting moet worden betaald over inkomsten en vermogen in deze valuta. Aangezien de bitcoin wordt bewaard op de harde schijf of in de cloud, kan de fiscus echter moeilijk nagaan over hoeveel bitcoins iemand beschikt. Een digitale oude sok dus.
Het zou kunnen dat de hype rondom de bitcoin vroeg of laat overwaait. Maar als het niet de bitcoin is, dan komt daar wel een alternatief voor in de plaats. Daar houdt de Europese Centrale Bank in elk geval rekening mee. Zij raadt lidstaten aan de ontwikkelingen goed te blijven volgen.
Een verbod op het introduceren of gebruiken van niet-wettige betaalmiddelen is onwenselijk. Eenieder moet vrij blijven in de keuze van het door hem of haar gehanteerde ruil- of betaalmiddel. Bescherming tegen mogelijke uitwassen van het gebruik van dit digitale ruilmiddel ligt wel voor de hand.
Dat kan bijvoorbeeld bereikt worden door het omwisselen van digitale valuta’s naar wettige betaalmiddelen te reguleren. Een eenvoudige manier is uitbreiding van de definitie van wisseltransacties, zodat degene die zijn bitcoins wil omwisselen zich boven een grensbedrag moet legitimeren en ongebruikelijke transacties moeten worden gemeld.
Verschillende marktpartijen hebben bij wijze van zelfregulering al initiatieven genomen in deze richting. Dat moet worden toegejuicht en volstaat wellicht voor de komende periode. Als speelgeld reëel geld wordt, horen daar ook reële regels bij. Het is een van de onderwerpen op de European Bitcoin Convention die op 26 september in Amsterdam zal plaatsvinden.
Andries Doets en Casper Riekerk zijn advocaat bij Finnius advocaten te Amsterdam.
Als speelgeld zoals de digitale bitcoin reëel geld wordt, horen daar ook reële regels bij