Tjabel Daling
Amsterdam
De 49-jarige Jan Willem Jongert zit midden tussen de verhuisdozen. Hij staat op het punt met zijn gezin te verkassen van Hamburg naar München. Jongert werkte dertien jaar in Nederland, maakte vervolgens de sprong naar een middelgroot Duits beursgenoteerd familiebedrijf en wordt nu bestuursvoorzitter van de Schwarzmüller Group, een Oostenrijks industrieel familiebedrijf met meer dan € 220 mln omzet.
‘Schwarzmüller streeft actief groei na en is van plan meer mondiaal te opereren. Dat is waar onze nieuwe ceo zich vooral op zal richten’, stelt voorzitter Johannes Hochleitner van de raad van commissarissen.
De Schwarzmüller Group, een van de grootste fabrikanten van bedrijfsvoertuigen in Europa, is actief in circa twintig Europese landen, met sterke posities in Oostenrijk, Hongarije en Tsjechië. Jongert ziet nog meer perspectief: ‘In West-Europa en delen van Oost-Europa zoals Roemenië, Rusland, Oekraïne en Kazachstan kunnen we onze positie nog veel verder uitbouwen. Dat zal de eerste jaren onze belangrijkste prioriteit zijn. De volgende stap kan Azië zijn.’
Jongert, van origine Rotterdammer, vervolgt: ‘We mikken op een jaarlijkse groei van 10% tot 15%. Voor 2020 moet de omzet verdubbeld zijn tot € 500 mln. De opdracht is van Schwarzmüller een kleine multinational te maken.’
Hij woonde de afgelopen vier jaar in China, waar hij een sterke bijdrage leverde aan de groei van het Duitse beursgenoteerde familiebedrijf Jungheinrich (omzet € 2,2 mrd), een belangrijke afnemer en partner van het Eindhovense familieconcern VDL. Bij de Duitse heftruckfabrikant werkte de Nederlandse topmanager sinds 2001 in diverse commerciële- en managementfuncties. Hij gaf er leiding aan de salesdivisies voor de regio’s Oost-Europa, Scandinavië, Rusland en Azië.
Jongert ziet parallellen tussen de Duitse en Oostenrijkse bedrijfscultuur. Formeel, hiërarchisch, gericht op kwaliteit, en met vaak een belangrijke positie voor de familie als aandeelhouder. Maar als gezicht naar buiten toe kunnen Nederlanders in deze wat meer hiërarchisch gerichte ondernemingen uitstekend functioneren. ‘In Hamburg valt het op dat hier tientallen Nederlanders leidinggevende functies vervullen bij middelgrote bedrijven.’
Nederlanders, zegt Jongert, beschikken vaak over een grotere mate van flexibiliteit en creativiteit dan Duitsers en Oostenrijkers. Hun talenkennis en internationale ervaring zijn eveneens een pluspunt, terwijl ze gemiddeld ook meer open staan voor andere culturen. Bij Duitstalige bedrijven kunnen deze eigenschappen een voordeel zijn, zeker als het Nederlandse ondernemerschap en het Duitse kwaliteitsmerk en –bewustzijn gecombineerd kunnen worden. ‘Het zijn eigenschappen die bij Nederlanders in het bloed zitten.’
Bij Schwarzmüller speelde echter ook Jongerts affiniteit met familiebedrijven mee. Het behoud van het familiekarakter is een belangrijk issue in het Duitse en Oostenrijkse bedrijfsleven. Jongert: ‘Ook in Oostenrijk is de bedrijfsopvolging een probleem. Een opvolger mag van buiten komen, als familie- en bedrijfstradities maar in zekere mate worden gerespecteerd.’
De Nederlander studeerde werktuigbouwkunde en internationale marketing. Dertien jaar lang werkte hij bij twee bedrijven in Vianen, bij handelsonderneming Landré & Glinderman en bij Van der Spek, een bedrijf op het snijvlak van logistiek en (wegen)bouw.
Om zijn drie kinderen na het Chinese avontuur opnieuw naar een internationale school te kunnen sturen, is München de nieuwe woonplaats. Zelf verblijft Jongert doordeweeks in een appartement in het Duitse Passau. De driestromenstad bevindt zich op een steenworp afstand van het Schwarzmüller-hoofdkantoor in de Noord-Oostenrijkse gemeente Freinberg. ‘Mijn vrouw en kinderen zijn eraan gewend dat ik er vaak niet ben. Bij Jungheinrich was ik enkele weken per maand op reis.’
Naast zijn familie zijn golfen, zeilen en hardlopen — wekelijks 60 tot 70 km — zijn grote passies. Hij loopt zijn rondjes meestal al om vijf uur ’s morgens. Lintjes van de marathons van onder meer Rotterdam, Berlijn, Hamburg, Boston, Sjanghai, Melbourne en Tokio maken onderdeel uit van de ‘prijzenkast’. ‘Veel zitten en veel reizen, dat moet je compenseren. Als ik ’s morgens gelopen heb, krijg ik nieuwe energie en nieuwe ideeën. Het houdt je kop helder.’
Bedrijfsopvolging ‘Opvolger mag van buiten komen, mits tradities blijven’