Een gedragscode voor bestuurders en toezichthouders in de semipublieke sector à la de code-Tabaksblat voor het bedrijfsleven is het rapport van de commissie-Halsema niet geworden. Dat soort codes zijn er al in overvloed voor scholen, woningcorporaties en ziekenhuizen, constateerde commissievoorzitter Femke Halsema woensdag bij de overhandiging van het rapport aan opdrachtgever Henk Kamp, minister van Economische Zaken.
Voormalig GroenLinks-leider Femke Halsema en minister Henk Kamp van Economische Zaken tijdens de presentatie van het rapport Commissie behoorlijk bestuur.ANP
‘Gedragscodes zijn behulpzaam, maar geen panacee’, zei Halsema gisteren bij de presentatie. Bovendien doet een lijst van overkoepelende do’s-and-don’ts geen recht aan de ingewikkelde structuur die organisaties in de semipublieke sector kenmerkt, aldus de commissie. De incidenten bij onder meer Vestia, Amarantis en Meavita kunnen niet uitsluitend op het conto worden geschreven van bestuurders en toezichthouders die ter kwader trouw waren, incompetent of gewoon ijdel. Onbehoorlijk gedrag aan de top is volgens Halsema de helft van het verhaal.
Eerst verwantwoordelijke
De andere helft is wat de commissie ‘weeffouten in de semipublieke sector’ noemt. Daarvoor is de politiek — regering en parlement — eerst verantwoordelijke, stelt het voormalige Tweede Kamerlid voor GroenLinks. Zo’n weeffout is dat de politiek niet helder en precies aangeeft wat het publieke belang is dat bijvoorbeeld een school moet dienen. Is dat goed en toegankelijk onderwijs, of horen daar ook gezonde lunches bij?
De stapeling van taken voor de instellingen gaat volgens de commissie gepaard met een opvatting in de politiek over de uitvoering die kort samengevat luidt: doe meer, voor minder geld en maak nooit fouten. Dit leidt ertoe dat organisaties vele, soms tegengestelde doelen en belangen moeten dienen.
Perverse prikkels
De kwaliteit van de publieke dienstverlening delft vervolgens vaak het onderspit van kwantiteit, omdat hogescholen bijvoorbeeld worden afgerekend op het aantal diploma’s dat zij uitreiken. De overheersing van meetbare, kwantitatieve resultaten maakt organisaties gevoelig voor perverse prikkels, waarschuwt de commissie.
Is er dan niets mis in de semipublieke sector zelf? Jazeker wel, oordeelt Halsema. Door schaalvergroting zijn het hiërarchische organisaties geworden, met een grote afstand tussen bestuur en werkvloer. Daardoor geldt dat bestuurders onvoldoende worden aangesproken op hun gedrag, niet door professionals in de organisatie en evenmin door toezichthouders.
En daar draait het volgens Halsema juist allemaal om: het lastige gesprek mag niet uit de weg worden gegaan. ‘Daarom is er een cultuuromslag nodig naar een open cultuur. We hopen dat onze aanbevelingen daaraan bijdragen en een leidraad bieden voor dat lastige gesprek.’
Aanbevelingen
Een greep uit de aanbevelingen van de commissie-Halsema