Pensioenoverleg loopt op niets uit
Het overleg van het kabinet met de werkgevers en vakbeweging over de beperking van het fiscaalgunstig pensioensparen is op niets uitgelopen. Dat lieten de sociale partners dinsdagavond weten.
Het overleg van het kabinet met de werkgevers en vakbeweging over de beperking van het fiscaalgunstig pensioensparen is op niets uitgelopen. Dat lieten de sociale partners dinsdagavond weten.
Staatssecretarissen Frans Weekers van Financiën en Jetta Klijnsma van Sociale Zaken hadden om dit overleg met de polder gevraagd, nadat de Tweede Kamer maandag veel kritiek had op het voorstel. De Kamer wil onder meer garanties dat de premies die vrijvallen door de lagere pensioenopbouw terugkomen bij de werknemers.
Geen resultaat
Vandaag is er de hele dag gebeld en gemaild tussen het kabinet en de sociale partners, maar uiteindelijk zonder resultaat. 'De situatie is onveranderd gebleven', stelt de woordvoerder van vakbond FNV. Volgens de zegsman had het Rijk niet meer geld over voor een verzachting van de maatregel. 'Wij houden de ambitie dat het opbouwpercentage verhoogd wordt naar 2%', aldus FNV.
Staatssecretaris Frans Weekers van Financiën had maandag in de Kamer al aangekondigd niet teveel te verwachten van de nieuwe onderhandeling. De belangentegenstelling tussen beide is ook groot. Het kabinet vindt dat mensen doordat ze langer werken met minder pensioenopbouw toe kunnen en wil het opbouwpercentage verlagen van 2,25% naar 1,75%. Doordat mensen dan minder pensioenpremie aftrekken levert dit het Rijk een forse besparing op, tot eind 2017 zo'n €6,7 mrd. De sociale partners zijn echter fel gekant tegen de beperking van pensioenopbouw. De pensioenen worden fors lager en zij vrezen dat met name jongeren dan niet meer genoeg pensioen krijgen.
Probleem
Probleem van het Rijk is dat de werkgevers en de vakbonden over de pensioenpremies gaan. En zij hebben al laten weten dat ze niet van plan zijn de premies te verlagen als de opbouw omlaag gaat. Zij willen het geld dat vrijvalt gebruiken om de buffers van de pensioenfondsen te versterken. Niet alleen wordt de geplande bezuiniging daarmee boterzacht. Oppositiepartijen in de Kamer stellen ook als voorwaarde voor hun steun dat de premies zeker omlaag gaan. Het kabinet heeft die steun nodig om het voorstel door de Eerste Kamer te krijgen.
De sociale partners willen echter wisselgeld. Zij willen een hogere pensioenopbouw. Hun verzet heeft er eerder al toegeleid dat ze €250 mln kregen voor een alternatief. Dit leidde tot een ingewikkelde netto bijspaarregeleing waarmee mensen straks hun opbouw kunnen optrekken naar 1,85%. Deze regeling heeft veel kritiek gehad, omdat de opbrengst niet in verhouding staat tot de kosten. De sociale partners zelf zijn ook niet tevreden.
De oppositie liet maandag weten unaniem van deze dure regeling af te willen. Nu het kabinet er niet uit gekomen is met de sociale partners, zal het de omstreden regeling moeten verdedigen.