Laat ik vooropstellen dat ik kanttekeningen plaats bij het instrument en de verantwoordelijkheid van de EU in deze. Toch onderschrijf ik het doel van harte. Klaarblijkelijk doen we dat allemaal. Werkgevers, nationale overheden en iedereen die zich heeft gemeld met brieven en protesten.
Iedereen is het eens: er moeten meer vrouwen aan de top; diversiteit is belangrijk; het glazen plafond bestaat en moet afgebroken worden. Maar dat moet niet vanuit Europa opgelegd worden. ‘Dat doen we zelf veel beter, in onze bedrijven, met onze nationale regels en gebruiken.’
Dominant
En gelijk hebben ze. Zij weten ook dat diversiteit innovatie bevordert, klantgerichtheid versterkt, en flexibiliteit vergroot. Zij hebben ook gelezen dat meer vrouwen dan mannen universitaire opleidingen volgen, en dat ze bovendien beter scoren. Ze krijgen eerder een baan en domineren ze in de snelst groeiende beroepsgroepen.
Ze werken ook harder en hebben ‘soft skills’ die beter aansluiten bij deze tijd van sociale media, informatiemaatschappij, flex- en samenwerken, dan de typische mannelijke eigenschappen. Die zijn beter uitgerust voor traditionelere hiërarchische organisatievormen.
The end of men
Het aanpassingsvermogen van vrouwen is over het algemeen groter dan bij mannen zo betoogt Hanna Rosin in haar boek The end of men. Ze vergelijkt mannen en vrouwen in termen van migranten. Vrouwen passen zich aan aan de nieuwe sociale en culturele context, terwijl mannen mentaal in hun land van herkomst blijven hangen. Helaas werkt het aanpassingsvermogen dat vrouwen helpt aan het begin van hun carrières later tegen hen, als ze zich schikken naar de mores van de mannenmaatschappij.
Ik zie de bijval voor het belang van vrouwen als een teken van inzicht en intelligentie. De stelligheid waarmee wordt verwezen naar nationale programma’s en zelfregulering door regeringen en bedrijven is een welkome breuk in de gebruikelijke stilte en acceptatie van de status-quo.
Vertrouwen
En kijk eens naar de resultaten van al die inspanningen in de regering, universiteiten, raden van bestuur en commissarissen? We hebben zowaar 20% vrouwen in de regering, 4,6 % van de raden van bestuur is vrouw, en 13,3% van de raden van commissarissen. Dit biedt vertrouwen.
Europa moet vooral niet doen wat anderen beter kunnen. De enthousiaste lobby heeft me geheel overtuigd en ik kijk daarom met grote verwachting uit naar de 50% vrouwen in de nieuwe regering; en de spectaculaire acties van VNO/NCW om al het ongebruikte vrouwelijk talent naar de top van het bedrijfsleven te halen.
Over vijf jaar hebben we deze discussie weer. Want zo gaat dat. De analyse zal niet veel anders zijn. De lobby zal wijzen op de paar procenten vooruitgang en het succes dat is geboekt. Ik hoop dat ik ongelijk krijg, en in 2017 niet terugkijk en denk: destijds werden we overtuigd om geen Europese quota in te voeren, want anderen konden het beter, maar ze deden het niet.
Neelie Kroes is eurocommissaris digitale agenda.
Er moeten meer vrouwen aan de top, maar dat moet Europa niet opleggen