UMC Utrecht lonkt naar bedrijfsleven
UMC Utrecht gaat optrekken met Philips. Voortaan moet fundamenteel onderzoek sneller leiden tot innovaties waarin patiënten centraal staan.
UMC Utrecht gaat optrekken met Philips. Voortaan moet fundamenteel onderzoek sneller leiden tot innovaties waarin patiënten centraal staan.
Bestuursvoorzitter Jan Kimpen en decaan Frank Miedema van het Universitair Medisch Centrum Utrecht zitten volgende week aan tafel bij de directie van Philips Healthcare in Best.
Onderwerp van gesprek is de toekomstige samenwerking in een nieuwe beeldgestuurde kankertherapie: een arts bestraalt straks een patiënt terwijl hij kijkt naar ‘live- beelden’ van een tumor. Tot nu toe laat hij zich leiden door eerder genomen foto’s. De vinding moet opereren zonder snijden mogelijk maken en de noodzaak van chemokuren minimaliseren.
Patiënt centraal
Technici van Philips en het Zweedse Elekta werken bij het ontwikkelen van het prototype nauw samen met ingenieurs, fysici en medisch specialisten van UMC Utrecht. ‘We wilden al langer een apparaat dat tumoren nauwkeurig in beeld brengt en meteen bestraalt’, zegt Kimpen. ‘We hebben onderhand €70 mln gestoken in deze samenwerking. Dat maakt duidelijk dat we voor deze therapie en voor deze partner kiezen en dus niet ineens met bijvoorbeeld Siemens Healthcare in zee gaan.’
UMC Utrecht start binnenkort patiëntenstudies om de effectiviteit van de nieuwe bestralingstechniek aan te tonen. Uiteindelijk gaan Philips en Elekta, een voormalige Philips-dochter, die apparaten bouwen, zegt Kimpen. ‘Volgende week bespreken we de samenwerkingsvorm en de verdeelsleutel van opbrengsten waarmee we nieuwe plannen willen financieren.’
De alliantie met Philips is minder vanzelfsprekend dan het lijkt. Nog maar kort geleden duurde het na de constatering van bijvoorbeeld een knobbeltje in de borst zeker twee maanden van briefwisselingen voordat de medisch specialist wist welke vervolgbehandeling te geven. Het wetenschappelijk onderzoek was vooral intern gericht. Sinds enkele jaren is er in UMC Utrecht een groeiende acceptatie dat fundamenteel wetenschappelijk onderzoek moet leiden tot toegepast onderzoek en innovaties in de zorg waarbij de patiënt centraal staat.
Speerpunten
Aangezien het tegen de achtergrond van de stijgende zorgvraag en zorgkosten onmogelijk is voor elke patiënt alle mogelijke innovaties te doen, verkeren de acht UMC’s in Nederland midden in een selectieproces. Zo heeft het UMC Utrecht sinds 2009 via een intensief en soms pijnlijk proces uit zestig businesscases zes speerpunten geselecteerd met elk twee tot drie grote ziektebeelden.
De speerpunten sturen het onderzoek en het investeringsprogramma dat sinds 2005 al €150 mln heeft gevergd. Het moet UMC Utrecht doen uitgroeien tot een van de grootste medische centra in Europa met een sterk accent op oncologie.
Massa creëren via allianties en concentratie op enkele ziektebeelden is het devies. Een hoge frequentie van patiënten met hetzelfde complexe ziektebeeld leidt tot vermeerdering van kennis en vaardigheden. Dat verhoogt de kwaliteit van het onderzoek en bedient de patiënt beter.
Schaalvergroting
Illustratief voor het creëren van schaalvergroting is de aanstaande uitbouw van het aanpalende Wilhelmina Kinderziekenhuis met het Prinses Máxima Centrum (PMC). Dit initiatief van kinderoncologen en patiëntenorganisaties creëert in Nederland en wellicht ook in Europa het grootste centrum voor de behandeling van kinderen met kanker.
Kimpen claimt dat het PMC voor Utrecht kiest onder meer vanwege de focus van het UMC Utrecht op oncologie. UMC Utrecht brengt omgekeerd zijn oncologie onder bij het PMC. Dat profiteert ook nog eens van de kinderspecialisatie van het Wilhelmina Kinderziekenhuis en van onder meer onze operatiekamers en intensive-carevoorzieningen waarin €20 mln wordt geïnvesteerd.
Kimpen noemt daarnaast de komst naar het Utrecht Science Park van een vestiging van het Amsterdamse Anthonie van Leeuwenhoekziekenhuis (AVL), bekend om zijn behandeling van kanker. UMC Utrecht en het AVL vormen een gezamenlijke onderneming op 50-50-basis die beide locaties gaat aansturen. UMC Utrecht steekt daarbij €25 mln in het bedrijf en brengt er zijn oncologische zorg in.
Samen sterker
Ook een alliantie met het aanpalende Hubrecht Instituut, wereldwijd vooral vermaard om het onderzoek van Hans Clevers naar stamcellen, draagt bij aan concentratie en schaalvergroting. Het instituut gaat in omvang verdubbelen door een uitbreiding met 6000 m2. UMC Utrecht is partner van de Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen in het Hubrecht Instituut. ‘Samen sta je sterker’, benadrukt Kimpen. We hebben in 2008 besloten €40 mln in hun onderzoek te steken. Ze staan zo sterk op de kaart, dat ze dubbel zo veel gelden uit Brussel ophalen.
De magneetfunctie die uitgaat van de concentratie en schaalvergroting strekt nu zo ver, stellen Kimpen en Miedema, dat na Danone Research in Wageningen, ook het RIVM in Bilthoven heeft besloten te verhuizen naar het Utrecht Science Park.
Opereren zonder snijden
Technici van Philips zijn kind aan huis bij het Centrum voor Beeldgestuurde Oncologische Interventies (CBOI) van UMC Utrecht. Ze sleutelen daar in de kelder aan een prototype van een apparaat dat zowel kan scannen als een tumor direct kan aanpakken.
Het bestralen of wegbranden van tumoren gebeurt met de beeldgestuurde techniek niet — zoals gebruikelijk — aan de hand van foto’s, maar gebeurt realtime. De chirurg ziet de tumor en pakt die meteen aan. Dat voorkomt beschadiging van gezond weefsel en vermindert nare bijwerkingen. Het aantal terugkeerbehandelingen zou ook moeten afnemen.
Meer kwaliteit tegen lagere kosten is het uiteindelijke doel, zegt Maurice van den Bosch, interventieradioloog en een van de oprichters van het CBOI. ‘Ik denk dat binnen vijf jaar een hoog percentage van de open operaties zal zijn vervangen door deze beeldgestuurde operaties. Je kunt dan opereren zonder te snijden. Het gaat hard, doordat de technologie zich snel ontwikkelt.’
Commitment wederzijds
Het CBOI profiteert in deze samenwerking van de MRI-scans en de technologische kennis van Philips. Met de ervaringen die de CBOI-onderzoekers met de techniek opdoen tijdens de behandelingen kan Philips zijn apparaten weer verbeteren. Ook het commitment is wederzijds. Philips legt zich er op vast de techniek bij het CBOI te ontwikkelen en het instituut clustert daartoe de onderzoeksgebieden.
‘Doorbraken vereisen een brede benadering waarin allerlei disciplines zijn vertegenwoordigd’, stelt Van den Bosch. Zo brengt de nieuwe beeldgestuurde techniek radiologen (de bekijkers van de beelden) en de radiotherapeuten (de behandelaars aan de hand van de beelden) bijeen. Normaal gesproken zijn dat competitieve specialismen met een eigen klantenkring.
Inhoudelijke keuzen
Van den Bosch: ‘Ook de strategische onderzoeksagenda bespreken we samen. Waarbij Philips moet wennen aan het feit dat het zeker vier tot vijf jaar duurt van idee tot afronding van een onderzoek.’
Het CBOI praat behalve met Philips ook met andere fabrikanten. Voor het nuclaire onderzoek is gekozen voor de nucleaire diagnostiek van Siemens Healthcare. Van den Bosch: ‘We laten ons leiden door inhoudelijke keuzen.’