Nooit meer een meedenkende accountant
Sinds de Ahold-affaire liggen accountants ook in Nederland onder vuur
Sinds de Ahold-affaire liggen accountants ook in Nederland onder vuur
‘De Ahold-affaire is als boekhoudschandaal eigenlijk een atypisch geval’, zegt Leen Paape, hoogleraar accountancy aan de Universiteit van Nyenrode. ‘Het is nu juist een voorbeeld van een zaak waar de accountant de rug recht heeft gehouden.’ Paape doelt op Deloitte-accountant Roger Dassen die na de ontdekking van fraude bij de Amerikaanse Ahold-dochter US Foodservice en de ‘sideletters’ bij het Zweedse dochter ICA een streep in het zand trok. Hij weigerde zijn handtekening te zetten als Ahold deze zaken niet naar buiten zou brengen. Het was de lont in het kruitvat van de Ahold-affaire.
Nuances
Toch vallen op dat beeld wel wat nuances aan te brengen, zo voegt Paape er meteen aan toe. Waar Dassen de tuchtzaak over Ahold met glans doorstaan heeft, kreeg zijn voorganger John van den Dries wel een tik op zijn vingers van de tuchtrechter. Van den Dries was de ‘meedenkende accountant’ waar het Ahold-bestuur bij Deloitte om had gevraagd. Iemand die niet alleen maar naar de cijfertjes keek, maar ook begrip toonde voor het commerciële beleid bij Ahold. Uit een reconstructie die NRC Handelsblad destijds maakte, bleek dat Van den Dries wel discussies had met het bestuur van Ahold over de rekkelijke boekhoudmethoden, maar nooit echt doorbeet.
Atypisch of niet, uiteindelijk is de Ahold-affaire in de ogen van de maatschappij onderdeel geworden van een reeks grote boekhoudfraudes aan het begin van deze eeuw. Ruim een jaar eerder was Enron failliet gegaan. Accountant Arthur Andersen had de grootschalige boekhoudfraude nooit naar buiten gebracht en overleefde het schandaal niet.
Minder kritisch
Arthur Andersen stond tot dat moment model voor een buitengewoon lucratieve combinatie van accountantscontrole en commercieel advies. Het kantoor bood de controle aan voor kostprijs, maar had dan wel een voet tussen de deur om op grote schaal adviesdiensten te verkopen. Het grote risico van dat model was dat de accountant zich minder kritisch opstelde om de adviesomzet niet in gevaar te brengen. De gebrekkige controle bij Enron werd dan ook in verband gebracht met deze combinatie.
Schandalen zoals bij Enron, Worldcom en Tyco leidden in de VS tot de Sarbanes-Oxley-wet, die onder andere de ruimte voor het combineren van accountantscontrole en adviesverlening beperkte. Het gevolg was dat alle grote kantoren hun adviesactiviteiten deels buiten de deur zetten.
Amerikaanse toestanden?
In Europa kon men nog enige tijd volhouden dat het hier om Amerikaanse toestanden ging. Die illusie werd wreed verstoord door de boekhoudschandalen rond het Italiaanse Parmelat en Ahold. Ineens kwam boekhoudfraude erg dichtbij en deze affaires voedden het sentiment dat accountants niet goed hadden opgelet. Ook in Nederland gingen de grote kantoren ertoe over om delen van hun adviesactiviteiten de verkopen. Het ging daarbij met name om de IT-advisering. De IT-adviseurs van Ernst & Young gingen naar Capgemini, KPMG stootte zijn adviseurs af aan Atos Origin en die van PwC gingen naar IBM.
Het was ook de periode dat de internetzeepbel net was gebarsten, en veel IT-adviseurs bankzitter waren, zegt Rutger Hafkenscheid, fiscalist bij Taxand, maar destijds werkzaam bij een van de grote kantoren. ‘Het kwam dus ook wel goed uit om de IT-consultants af te stoten.’
Zonnekoninggedrag
Maar dat was niet het enige gevolg van de boekhoudaffaires. Volgens Jan Bouwens, hoogleraar accountancy aan de Universiteit van Tilburg, zijn accountants ook scherper geworden op zonnekoninggedrag. ‘Accountants raakten ervan doordrongen dat je ook moet kijken wie je voor je hebt. De toon aan de top bepaalt ook het risicoprofiel van een onderneming.’ Bouwens noemt dat een ‘belangrijke verbetering’, want de vroegere Ahold-topman Cees van der Hoeven is niet de enige bestuurder met dergelijk neigingen.
De Ahold-affaire heeft ook een einde gemaakt aan het blinde vertrouwen in Amerikaanse accountants, zegt Bouwens. Het grootste probleem bij Ahold zat nu juist bij US Food Services, dat werd gecontroleerd door de Amerikaanse collega’s van de Nederlandse Deloitte-accountants.
Je rug recht houden
Ook volgens Leen Paape heeft de Ahold-zaak het vak vooruit geholpen. ‘Er is verhit over gediscussieerd, er is in de rechtszaal naar gekeken en Ahold is nog steeds een casus in de zomercursus ‘De robuuste accountant’ aan de Nyenrode Universiteit. Centrale les in deze casus? Op tijd je rug recht houden als accountant.’
Wat verder opvalt, is dat de Nederlandse politiek in de nasleep van Ahold geen grote ingreep heeft gepleegd. In Nederland geen Sarbanes-Oxley-wetgeving. Er loopt wel een lijntje van de Ahold-zaak naar de Wet toezicht accountants, die in 2007 werd aangenomen. Die wet maakte een einde aan de zelfregulering van accountants. Sinds die tijd staan zij onder toezicht van de AFM. ‘Het werd mede door de boekhoudfraudes steeds moeilijker vol te houden dat accountants zichzelf konden controleren’, zegt Hafkenscheid.
Crisis
Maar dan barst de financiële crisis van 2008 los. In hun jacht op de schuldigen komen publiek en politiek ook uit bij de accountants. Hoe kan het dat een groot financieel concern als Fortis omvalt, terwijl het laatste jaarverslag nog is goedgekeurd door de accountant? Maar bij de financiële crisis is de verantwoordelijkheid van de accountant lastiger vast te stellen dan bij de boekhoudschandalen. Het is een systeemcrisis waarbij sprake is van collectief falen van banken, kredietbeoordelaars, toezichthouders en accountants.
De discussie gaat deze keer daarom niet zozeer over gebreken in de accountantscontrole, maar meer over de klokkenluidersrol van accountants. Als kenners van een sector kunnen zij bepaalde patronen waarnemen en de samenleving daarvoor waarschuwen. Volgens Paape heeft beroepsorganisatie NBA wat dat betreft het licht inmiddels wel gezien. In plaats van defensief te reageren, heel lang de standaardreactie van accountants, is de NBA nu ook proactief bezig. Met enige regelmaat stuurt de organisatie een ‘collectieve managementletter’ of ‘alert’ de wereld in waarin wordt gewezen op risico’s in een bepaalde sector.
Strikte scheiding
Maar hoewel de accountants deze keer misschien minder te verwijten valt dan bij de boekhoudschandalen, wordt het beroep deze keer harder aangepakt. Niet alleen in Europa, waar eurocommissaris Michel Barnier voorstellen heeft gedaan, maar vooral ook in Nederland. Vooruitlopend op de Europese wetgeving heeft Nederland sinds het begin van dit jaar wetgeving ingevoerd die diep ingrijpt in de accountancymarkt. Er is een strikte scheiding opgelegd tussen advies en controle bij een controleklant en bovendien moet een bedrijf om de acht jaar van accountantskantoor wisselen. Het lijkt wel of de Nederlandse politiek wat in te halen heeft na de relatief lauwe reactie op de Ahold-affaire. Rutger Hafkenscheid: ‘Het is een beetje zoals met je kinderen, je had ze eigenlijk al twee keer tot de orde moeten roepen en dan word je de derde keer extra boos.’
De aanscherping van de regels voor accountants maakt deel uit van een breder proces dat onder invloed van de boekhoudschandalen op gang is gekomen. In de corporate governance heeft het Rijnlandse model, gebaseerd op vertrouwen, plaatsgemaakt voor het Angelsaksische model, dat veel meer uitgaat van regels en ‘countervailing powers’. Commissarissen staan scherper tegenover het bestuur en zij vinden daarbij de accountant aan hun zijde. De accountant heeft nog maar één opdrachtgever: beleggers en andere belanghebbenden bij de onderneming en namens hen de commissarissen. De meedenkende accountant is uit.
De tijd nemen
Financiële bestuurders zijn er niet blij mee en veel accountants ook niet. ‘Het is de vraag of het accountants helpt’, zegt Bouwens. ‘Hij krijgt minder informatie dan vroeger en zijn relevantie voor het bestuur is afgenomen. Waar het om gaat, is dat bestuur en accountant de tijd nemen om belangrijke zaken met elkaar te bespreken. Al die mooie checks-and-balances kunnen niet het enige zijn.’