Oud DSM-terrein groeit uit tot centrum kenniseconomie
Polyscope staat te boek als een van de succesnummers van Chemelot, een voormalig industrieterrein van DSM dat bezig is aan een tweede leven.
Polyscope staat te boek als een van de succesnummers van Chemelot, een voormalig industrieterrein van DSM dat bezig is aan een tweede leven.
Naast DSM zelf is ook de provincie Limburg hard bezig om van Chemelot een magneet te maken voor nieuwe ondernemingen binnen zowel chemie als biochemie. De bedoeling is een biotoop van 800 hectare te scheppen waar bedrijven nauw samenwerken, met elkaar en met wetenschappers van onder meer de Universiteit Maastricht. Wat de High Tech Campus al langer is voor Eindhoven, moet Chemelot worden voor Zuid-Limburg: een aanjager voor een regionale kenniseconomie.
Investeringsfonds voor start-ups
Met dat doel voor ogen hebben de provincie, DSM en Rabobank de handen ineengeslagen. Eind vorig jaar hebben zij een nieuw investeringsfonds opgericht waar ook de Limburgse participatiemaatschappij Liof aan meedoet. Deze vier oprichters hebben elk € 10 mln gestopt in Chemelot Ventures om start-ups in de kunststofindustrie en biochemie op weg te helpen. Het fonds is een vervolg op een soortgelijk initiatief, Limburg Ventures geheten, dat een van de aandeelhouders is van Polyscope. Ook Liof heeft een direct belang in deze Nieuwe Kampioen, van bijna 14%.
De deelneming in Polyscope is een van Liofs grootste en best renderende investeringen, aldus Maurice Wijts, hoofd participaties. ‘Het is een pareltje in onze kroon’, oordeelt de Liof-bestuurder. ‘Het is een heel mooie onderneming met een mooie toekomst. ‘Dat Polyscope de laatste jaren de afzet naar de automobielindustrie heeft zien teruglopen, doet daar volgens Wijts niets aan af. ‘Allereerst is die terugloop minder groot dan werd verwacht. Maar belangrijker nog is dat het materiaal van Polyscope voor heel veel andere markten geschikt is. Bovendien zijn de rendementen daar wat hoger. Er is meer dan voldoende compensatie in andere sectoren, zoals bijvoorbeeld de bouw of de papierindustrie.’
Teckle
Direct en indirect, via bijvoorbeeld Limburg Ventures, neemt Liof deel in een tiental bedrijven die gevestigd zijn op Chemelot. In totaal zitten daar inmiddels meer dan zestig ondernemingen, waarvan de helft — net als Polyscope — bankiert bij Rabobank. Dat is geen toeval, zegt Harry Lempens, mededirecteur van de Rabovestiging voor de Westelijke Mijnstreek. Uit maatschappelijke betrokkenheid wilde Rabobank nadrukkelijk meehelpen van Chemelot een succes te maken. ‘Wij sponsoren natuurlijk al clubs, verenigingen en stichtingen, maar we wilden meer’, legt Lempens uit. ‘We wilden ook iets doen voor de ontwikkeling van dit gebied.’
Met dat doel voor ogen heeft de bank een aparte pot gevuld om veelbelovende ondernemingen financieel te steunen. Het gaat om een groep jonge bedrijven die weliswaar veel potentie hebben, maar zich nog wel moeten bewijzen. Voor deze ondernemingen, die normaal gesproken geen lening zouden krijgen, is een kredietruimte van € 25 mln geschapen. Polyscope behoort ook tot de risicovolle bedrijven die profiteren van deze speciale, zogenoemde Teckle-regeling. Maar eigenlijk hoeft dat niet meer, zegt Lempens. ‘Het bedrijf heeft zich zó goed ontwikkeld, dat het niet meer het risicoprofiel heeft van een Teckle-onderneming. Ze hebben de stap naar volwassenheid inmiddels gemaakt.