
Stel je voor, iemand vermoordt je vrouw en je twee kinderen. De verdachte wordt gepakt, en de rechter oordeelt dat die ‘onschuldig’ is. Terwijl deze verdachte wel zijn pistool op het hoofd van je vrouw had gericht en de trekker had overgehaald. En ook was er geen sprake van de traditionele verontschuldigingen voor dit soort daden: de dader was volledig bij zinnen toen hij de moord pleegde.
Waarschijnlijk gaat het oordeel van de rechter in tegen jouw gevoel, of dat nu wraakzucht is of een verlangen naar rechtvaardigheid. Maar uiteindelijk leg je je erbij neer. Je redeneert zo: de dader kan niet schuldig zijn, want we weten dat de vrije wil niet bestaat. En hoe kun je schuldig zijn aan iets wat je nooit hebt gewild?
De onschuld van de dader hoeft de rechter overigens niet te beletten de dader op te sluiten of een andere straf te geven. Er zijn voldoende andere redenen om dat te doen, bijvoorbeeld voorkomen dat iemand nogmaals een misdaad pleegt.
Dat die vrije wil niet bestaat, is een gedachte die je al honderden jaren lang tegen kunt komen in de filosofie, maar die opnieuw momentum kreeg toen zo’n tien jaar geleden de breinwetenschappen het gesprek van de dag werden. Het was de tijd van de megabreinbestsellers van neurowetenschapper Dick Swaab, en van Victor Lammes De vrije wil bestaat niet.
Het was een wat ontnuchterende conclusie waar Lamme in die tijd mee kwam. We dachten dan wel vrij te zijn, maar dat bleek een illusie: beslissingen worden door ons brein genomen; de ‘babbelbox’ in ons hoofd, die de mooiste verhalen vertelt over onze motieven, doet dat pas nadat de echte beslissing allang is genomen.
In Waarom schurken pech hebben en helden geluk komt filosoof en jurist Jurriën Hamer via filosofische weg, al redenerend, tot dezelfde conclusie als de breinwetenschappers: die vrije wil, die bestaat niet. Maar waar ontnuchtering met zo’n conclusie voor de hand ligt, beschouwt Hamer die als het begin van iets moois, zelfs als basis voor een betere samenleving. Zou het niet beter zijn als we misdaad niet meer zien als een keuze, maar als een onvrije daad? En als daarmee ‘schuld’ zou verdwijnen? Dat zou een eind kunnen maken aan de tijd van vergelding waar we volgens Hamer in leven; de meeste delicten, zo weet hij, worden tegenwoordig strenger bestraft dan in de jaren negentig.
Auteur:

Jurriën Hamer (1988) is filosoof en jurist.
Hij promoveerde aan de Universiteit Utrecht en deed onderzoek aan de London School of Economics.
Waarom schurken pech hebben en helden geluk is zijn debuut.
Hamers aanbeveling geldt nadrukkelijk niet alleen voor het strafrecht: ook in de rest van de samenleving werkt alles beter als we anderen niet meer betichten van hun misstappen. Heeft je partner overspel gepleegd? Probeer het na aanvankelijke boosheid te begrijpen, heb er oog voor dat je partner er misschien ook wel niet blij mee is.
Zorgvuldig laat Hamer zien dat zijn benadering niet hoeft te leiden tot meer misdaad (en waarschijnlijk ook niet tot meer overspel en andere ondeugden in een relatie). Integendeel, juist de wraakzuchtige houding belet ons maatregelen te treffen die misdaad werkelijk tegengaan. Crimefighters kunnen makkelijk scoren door op te roepen tot strenger straffen, terwijl we er volgens Hamer meer aan zouden moeten doen om de steeds afnemende pakkans te vergroten en we zouden meer in moeten zetten op preventie of reclassering — maar die maatregelen kosten meer tijd en geld dan strenger straffen.
Af en toe kan je tijdens het lezen van het boek een lichte ergernis overvallen: waarom gebruikt Hamer — ook auteur bij journalistiek platform De Correspondent — een soms wel erg populair vocabulaire? En waarom is er, hoe serieus de zaken ook zijn, meermaals sprake van ‘slechteriken’ en ‘goeieriken’.
Het is maar een kleine misstap, in een verder voorbeeldig boek. En bedenk: misschien helpen deze woorden, ‘goeieriken’ en ‘slechteriken’, hem ook wel om onbezwaarder en vrijer te denken — dat kan een stuk lastiger worden met zwaarbeladen woorden als ‘goed’ en ‘kwaad’. En precies dat lichtvoetige denken kan soms helpen om een vastgelopen gesprek, waarin mensen zich verschanst hebben in hun posities, weer vlot te trekken.
Auteur:
Florentijn van Rootselaar is freelancejournalist.
Lees ook:
