Ontwikkelingsbank FMO heeft in 2017 een recordwinst van €255 mln behaald. De bank voor opkomende economieën verkocht twee grote investeringen met winst en wist bovendien beduidend meer nieuwe projecten op te starten dan verwacht.
Dat blijkt uit het jaarverslag van het concern, dat dinsdag wordt gepubliceerd. Eigenlijk was er maar één doelstelling die niet werd waargemaakt. Het streven om Nederlandse exporteurs te voorzien van zeker €500 mln aan exportfinanciering bleek te hoog gegrepen. Het bedrijfsleven klopte voor slechts €94 mln aan bij de ontwikkelingsbank uit Den Haag.
Dat terwijl de eind 2016 aangetreden ceo Jürgen Rigterink juist op die manier thuisland Nederland meer van dienst had willen zijn, mede onder druk van een dreigende fusie van FMO met de Waterschapsbank en BNG. 'Het duurt wat langer dan gedacht om een een goede pijplijn op te bouwen', zegt cio Linda Broekhuizen in een toelichting. 'We willen niet concurreren met het bestaande aanbod van commerciële banken, maar dat juist aanvullen. Misschien hebben we de productbehoefte niet helemaal goed ingeschat. Maar we zijn juist blij als de commerciële banken de export van het Nederlandse bedrijfsleven zelf kunnen financieren.'
Lees ook
Bank voor ontwikkelingslanden kleurt steeds meer oranje
Inmiddels is de fusiedreiging voorbij dankzij de vorming van investeringsvehikel Invest-NL, en is ceo Rigterink vertrokken naar de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD). Voor zijn opvolging is een kandidaat gevonden, maar diens benoeming moet worden goedgekeurd door de betrokken partijen. Cio Broekhuizen fungeert als interim-ceo. Voor het lopende jaar heeft FMO het doelbedrag voor Nederlandse exportfinanciering flink verlaagd, naar €100 mln.
Hoogte- en dieptepunten
2017 was het jaar waarin FMO zijn grootste probleemdossier wist af te sluiten. De bank stapte uit het Agua Zarca-project, waarbij het de aanleg een waterkrachtcentrale in de rivier de Gualcarque in Honduras wilde financieren. Dat riep weerstand op onder de lokale bevolking, die uiteindelijk leidde tot de moord op twee lokale activisten die zich verzetten tegen de komst van centrale. Volgens interim-ceo Linda Broekhuizen heeft FMO onder meer het mensenrechtenbeleid aangescherpt, waardoor de bank zich beter verdiept in de belangen van de lokale gemeenschappen.
Broekhuizen noemt de vorming van klimaatfonds Climate Investor One als hoogtepunt. Dit fonds combineert publieke en private investeringen in nieuwe projecten die klimaatverandering tegengaan. Het fonds is $475 mln groot en is net begonnen met de eerste (kleine) investeringen.
FMO kondigde afgelopen jaar ook de komst aan van het Emerging Markets Loan Fund. Dit impactfonds heeft €84 toegezegd gekregen van het Zweedse pensioenfonds Alecta. Het doel is het fonds de komende maanden te lanceren en uit te bouwen tot minimaal €200 mln.
FMO werd in 1970 opgezet om in ontwikkelingslanden kredieten te verstrekken en private-equityinvesteringen te doen. De bank is voor 51% in staatshanden en heeft verder de grote banken als aandeelhouder. Zij zagen FMO in 2017 een rendement op het eigen vermogen van 9,1% maken, beduidend meer dan de 6,2% van een jaar eerder.
Ook daalde het percentage slechte leningen flink, van 8,4% halverwege het jaar naar 5,6%. De CET1-kapitaalratio steeg licht naar een comfortabele 24,6%. De ontwikkelingsbank verstrekte voor €3,1 mrd aan nieuwe kredieten, oftewel €600 mln boven de doelstelling. Daarvan had 42% een groen karakter en droegen 41 projecten bij een meer gelijke samenleving, waarmee ook de niet-financiële doelstellingen ruimschoots werden behaald.