Nederlandse woningen zijn voor het eerst een populairdere belegging dan kantoorpanden. Dat blijkt uit een rapport dat vastgoedadviseur Savills dinsdag presenteerde.
Kantoorpanden waren jarenlang het deel van de vastgoedsector waar investeerders het meeste geld staken. Maar nu is de kantorenmarkt ingehaald door de woningmarkt. Daarin is dit jaar tot nu toe €4 mrd in geïnvesteerd, terwijl de beleggingen in kantoren €3,5 mrd bedragen.
Volgens Savills heeft de verandering te maken met het dalende aanbod van kantoren in Nederland. 'Er is heel weinig te koop op de kantorenmarkt', zegt Jordy Kleemans, hoofd Research & Consultancy bij het bedrijf. Het leegstandspercentage van kantoren zakte dit jaar onder de kritieke grens van 5%. Dat is volgens experts de hoeveelheid leegstand die nodig is om de markt goed te laten functioneren.
Krapte op de woningmarkt
Ook de krapte op de woningmarkt speelt een belangrijke rol. 'Vooral in de grote steden hoef je maar een bord in de tuin te zetten, en je woning is al verhuurd. Dat is voor investeerders natuurlijk heel aantrekkelijk', zegt Kleemans. Woningen bieden volgens hem vooral een stabiel rendement.
Bovendien zijn de huren van woningen de laatste jaren flink gestegen, wat ze aantrekkelijker maakt als investering. Beleggers kijken actiever waar ze de huren kunnen verhogen, stelt Kleemans.
Hij merkt op dat de gestegen investeringen voor een groot deel te maken hebben met een grote aankoop van woningbelegger Vesteda. Dat bedrijf kocht in juni voor €1,5 mrd aan woningen van verzekeraar NN. Het gaat om woningen in het middensegment, met huren tussen de €700 en de €1000.
Door de aankoop van Vesteda is ook het aandeel Nederlandse beleggers op de woningmarkt flink gestegen. Vorig jaar bedroeg het aandeel buitenlandse investeringen in Nederlandse woningen nog 66%. Op dit moment is dat nog maar 49%.