Opinie | Harry Garretsen en Janka Stoker, hoogleraren Rijksuniversiteit Groningen.
De Amerikaanse president Donald Trump kondigde het de wereld eerst al via Twitter aan, maar hij heeft nu echt besloten heffingen op staal en aluminium in te voeren. Trumps bekendmaking leidde tot een storm van kritiek. Deze betreft zowel de ineffectiviteit van dit soort maatregelen, alsmede Trumps onbegrip van de werking en het nut van internationale handel.
Handelsbeperkende maatregelen zijn om te beginnen weinig effectief omdat ze vaak onbedoeld ook de eigen bedrijven en hun werknemers raken. Veel Amerikaanse bedrijven zijn bijvoorbeeld voor hun productie aangewezen op de invoer van staal en aluminium. Hun concurrentiekracht en daarmee de werkgelegenheid worden juist negatief geraakt als de prijs van deze in te voeren ‘inputs’ omhooggaat.
Bovendien is de kans dat andere landen op hun beurt richting de VS ook handelsbeperkende maatregelen gaan nemen zeer groot. De aankondiging van de Europese Commissie om de invoer van bepaalde Amerikaanse bedrijven te gaan bemoeilijken, verleidde Trump reeds tot een tweet dat hij dan de import van Europese auto’s met zware tarieven zou gaan treffen. Voor je het weet is er een heuse handelsoorlog.
Teken van zwakte
Aangezien de VS, als het in zijn ogen onmiskenbaar machtigste land ter wereld, in de kern niet zwak kan zijn, is de conclusie dat de handelstekorten van de VS ten opzichte van de EU of China wel het gevolg moeten zijn van oneerlijk spel van de ‘opponent’
Maar als een handelsoorlog vooral verliezers kent, is het de vraag waarom Trump desondanks het startsein lijkt te willen geven voor een mondiaal handelsconflict. Hier stuiten we op Trumps onbegrip van de werking van internationale handel. De Amerikaanse president is gefixeerd op de handelstekorten van de Verenigde Staten ten opzichte van met name de Europese Unie en China.
Zo’n bilateraal handelstekort zegt niets meer of minder dan dat de VS per saldo meer importeren dan exporteren. Trump ziet daarentegen een dergelijk bilateraal handelstekort als een teken van economische zwakte. Aangezien de VS, als het in zijn ogen onmiskenbaar machtigste land ter wereld, in de kern niet zwak kan zijn, is de conclusie dat de handelstekorten van de VS ten opzichte van de EU of China wel het gevolg moeten zijn van oneerlijk spel van de ‘opponent’. En dit is ook exact het door Trump gehanteerde argument.
Trumps denkwijze doet denken aan de nieuwe eigenaar van de reeds sinds jaar en dag aanwezige buurtsuper die wegkwijnt onder de zogenaamde oneerlijke concurrentie van nieuwe supermarkten. Handel is hier de strijd om marktaandeel, waarbij per definitie geldt dat mijn winst jouw verlies is (en omgekeerd). De VS kan in deze opvatting alleen maar weer ‘great’ worden als de concurrenten, de EU en China, een kopje kleiner worden gemaakt. Het is de ultieme vorm van zero-sum-denken. Maar het oeridee van internationale handel is nou juist dat handel geen nulkansspel is, en dat alle betrokken partijen beter af zijn met dan zonder handel.
De alom gehoorde kritiek op Trump dat hij mogelijk het startsein geeft tot een handelsoorlog, heeft dus geen temperend effect. Integendeel, het moedigt hem misschien vooral aan. Want de kern van zijn leiderschap en handelen is nou juist zero-sum-denken, en daarin geldt ook het adagium ‘handel is oorlog’.
Geen leerboeken
Wie Trump tegen wil houden, moet bij hem juist niet aankomen met leerboeken over internationale handel
Wie Trump tegen wil houden, moet bij hem dus juist niet aankomen met leerboeken over internationale handel. In zijn boek The Art of the Deal is Trump de businesstycoon voor wie alles onderhandelbaar is, zolang het maar tot een goede ´deal´ leidt. Trump zal alleen zijn maatregelen herzien als de binnen- of buitenlandse kosten te hoog blijken te zijn. Binnenlands zou dat het geval zijn als het hem kiezers gaat kosten, maar daar lijkt het, met de goede economische cijfers in de Verenigde Staten, niet op.
Dus het moet van het buitenland komen. De beste strategie voor andere landen is te laten blijken dat ze Trumps ‘handel is oorlog’-benadering door hebben. Donald Trump moet dus met meer dan gelijke munt worden betaald, zodat de dealmaker tot de conclusie komt dat hij zijn bod aan maatregelen beter kan intrekken.
We hebben intussen ervaring met Trumps impulsieve daadkracht, dus de voorgestelde invoertarieven kunnen even snel als ze zijn voorgesteld ook weer worden afgevoerd. Het is een paradoxale conclusie: juist om een oorlog te voorkomen moeten we de strijd vol aangaan. Maar met een Amerikaanse president die denkt als een zakenman, lijkt dit wel de meest kansrijke weg.
Harry Garretsen is hoogleraar International Economics & Business bij Rijksuniversiteit Groningen. Janka Stoker is hoogleraar Leiderschap en Organisatieverandering bij Rijksuniversiteit Groningen.