In het kinderboek Wonderkinderen van Thea Beckman mag de hoogbegaafde Tom al met 10 jaar naar het vwo. Toch hebben zijn ouders liever dat hij naar de lts gaat en elektricien wordt. Ik weet niet hoe realistisch dit bij de publicatie in 1984 was, maar ik kan me nauwelijks voorstellen dat ouders nu bewust voor het vmbo kiezen.
De maatschappij is dubbelzinnig over het vmbo. Enerzijds wordt het bejubeld: praktisch opgeleiden zijn immers hard nodig. Toch zien veel ouders hun kroost bij voorkeur op een 'hoger' schooltype. Vanwege het belabberde imago hebben veel scholen de afdeling vmbo-t maar omgedoopt tot mavo; dat ligt beter. Zelfs in de discussie over kansenongelijkheid in het onderwijs sluimert impliciet de boodschap dat je alleen op het vmbo hoort als je écht niet meer in je mars hebt. Havo of vwo blijven het hoogst haalbare (terwijl de maatschappij schreeuwt om mbo'ers).
Het vmbo moet zich dus emanciperen en als zelfstandig schooltype sterker worden. Niet als de onderste trede, maar als eerste stap naar mooie beroepen waar je een prima boterham mee kunt verdienen. Waar kinderen en ouders bewust voor kiezen in plaats van het te zien als de laatste optie.
Over Bouman & Dijkman
Elke doordeweekse dag reflecteren journalisten Mathijs Bouman en Anna Dijkman kort en krachtig op de actualiteit in het FD. Wilt u reageren? Stuur ons uw bijdrage (in maximaal 150 woorden) via opinie@fd.nl.