Het wordt een spannend jaar voor drie buitenlandse werven. Ze dingen naar de miljardenorder van Defensie voor de bouw van vier onderzeeboten. Zeeslagje met als troef de inbreng van het Nederlandse bedrijfsleven.
De Illustrious ligt op een scheepslift bij een werf van TKMS in Kiel. De onderzeeboot van het type 218SG is samen met drie andere bestemd voor Singapore.Foto: Markus Scholz/ANP/DPA
In het kort
Drie werven uit Duitsland, Frankrijk en Zweden willen voor Nederland een onderzeeboot bouwen.
Ze presenteerden zich in november op de defensiebeurs NEDS in Rotterdam.
In het najaar van 2023 besluit een ministeriële commissie geleid door premier Rutte wie de boot bouwt.
Bij de beurs NEDS, medio november in Rotterdam, bevinden zich onder de 170 exposanten drie ondernemingen die hopen de lucratieve defensieorder van zo'n €5 mrd voor de bouw van vier onderzeeboten binnen te halen. Het zijn Naval Group uit Frankrijk, ThyssenKrupp Marine Systems (TKMS) uit Duitsland en Saab Kockums uit Zweden. Op de tentoonstellingsbeurs voor de defensie- en veiligheidsindustrie van branchestichting NIDV is het bij hun stands een komen en gaan van militairen die informatie willen over hun producten, maar ook van ondernemers die hopen een graantje mee te pikken mocht de order in het najaar van 2023 door Defensie aan een van de werven worden gegund.
Naval is met een grote delegatie aanwezig in Ahoy. Het leverde dit jaar zijn eerste onderzeeboot uit de Barracudaklasse aan de Franse marine. 'Een tweede van in totaal zes wordt komend jaar geleverd', zegt een woordvoerder.
‘Een eigen onderzeebootproductie optuigen zou leiden tot hogere kosten en een vertraging van het vervangingsprogramma’
Paul Glaser, cfo ThyssenKrupp Marine Systems
Naval denkt met een aangepaste versie van de Barracuda prima te kunnen voldoen aan de eisen die het ministerie van Defensie stelt. De Nederlandse onderzeedienst wordt wereldwijd geroemd om zijn speciale expeditionaire capaciteiten, dit dankzij de Walrusklasse-onderzeeboten die nu aan vervanging toe zijn. 'We werken al vier jaar aan een robuust ontwerp dat gebaseerd is op de Barracudaklasse. We zijn voor de bouw van de onderzeeboot een samenwerking aangegaan met Royal IHC, dat in staat is de complexe systemen van een onderzeeboot te integreren.'
Bovendien werken de Fransen al jaren samen met toeleveranciers uit Nederland, ook voor oppervlakteschepen. 'Die samenwerking is voor ons belangrijk', zegt de woordvoerder, 'want Nederland staat bekend om zijn technisch zeer hoogwaardige bedrijven. Op die manier kunnen we ervoor zorgen dat Nederland een onderzeeboot krijgt die het zelf kan onderhouden en waarmee het decennialang aan zijn Navo-verplichtingen kan voldoen en op nagenoeg alle plekken in de wereld operaties kan uitvoeren.'
De nieuwe Barracuda, waarvan het eerste exemplaar afgelopen zomer aan de Franse marine werd geleverd.Foto: Naval Group
De bedoeling is dat IHC belangrijke modules van de onderzeeboot op de eigen werf gaat bouwen, die Naval vervolgens in Cherbourg assembleert. Het verwacht dat meer Nederlandse bedrijven zich bij deze gezamenlijke inspanning aansluiten. En terwijl de Fransen IHC als onderaannemer in de arm hebben genomen, belooft Saab Kockums zijn onderzeeboot 'op gelijkwaardige voet' met Damen Naval te bouwen.
Werven in Kiel en Wismar
Van de drie partijen is TKMS de enige die zich nog niet heeft gelieerd aan een Nederlandse werf. Maar daar moet verandering in komen. 'We hebben contact met kennisinstituten als TNO en Marin en met bedrijven als Van Halteren en Nedinsco. Nederlandse maritieme industriepartners maken nu al deel uit van onze toeleveringsketen als preferred suppliers', zegt Holger Isbrecht, hoofd van het Nederlandse onderzeebootvervangingsprogramma bij TKMS.
Isbrecht zit samen met cfo Paul Glaser bij de stand. Als de Duitsers de aanbesteding winnen, worden de onderzeeboten gebouwd in Kiel en bij MV Werften in Wismar, dat TKMS afgelopen zomer overnam. 'Ik kan niet veel zeggen zolang we in het aanbestedingsproces zitten', zegt Isbrecht.
Het gerucht wil dat Duitsland alleen kleine onderzeeboten kan bouwen, wat hij graag ontzenuwt. 'Dat is niet het geval.' Ter illustratie: op 13 december leverde TKMS twee onderzeeboten af aan Singapore van het type 218SG. 'Deze onderzeeboten zijn niet veel kleiner dan jullie Walrus.'
Duitsland, Israël en Noorwegen hebben al orders geplaatst. 'Door deze opdrachten is ons orderboek goed gevuld', zegt Glaser. 'We investeren €250 mln in onze scheepswerf in Kiel en hebben nu ook nog een werf in Wismar. Daarmee kunnen we onze productie verdubbelen.'
Glaser zou graag zien dat meer Nederlandse bedrijven deel gaan uitmaken van de toeleveringsketen van TKMS. 'Aangezien we bezig zijn om onze productiecapaciteit te vergroten, hebben we ook meer toeleveranciers nodig.'
Onderhoud in Den Helder
Binnen de maritieme sector zijn er geluiden dat de onderzeeboten heel goed in Nederland kunnen worden gebouwd, zij het onder de regie van een van de buitenlandse werven. ‘Volgens voormalig staatssecretaris Visser is een eigen onderzeebootproductie in Nederland niet nodig. Die optuigen zou leiden tot hogere kosten en een vertraging van het vervangingsprogramma, terwijl TKMS fors heeft geïnvesteerd in zijn productielocaties. Maar het onderhoud en de ondersteuning van de Nederlandse marinevloot, inclusief de onderzeeboten, blijven zoals officieel vastgelegd bij de Directie Materiële Instandhouding in Den Helder.'
Schaalmodel van de onderzeeboot die Saab samen met Damen voor Nederland wil gaan bouwen.Foto: Heiko Jessayan
Zweden staat er heel anders tegenover dan de Duitsers en de Fransen. Bij NEDS heeft Saab Kockums samen met Damen een grote stand, die wordt opgesierd door een schaalmodel van een onderzeeboot. Lars Tossman, de baas van het bedrijf, en Hein van Ameijden, directeur van Damen Schelde Naval Shipbuilding in Vlissingen, staan gebroederlijk naast elkaar om toelichting te geven.
Saab Kockums bouwt aan twee Blekinge A26-onderzeeboten voor de Zweedse marine. 'Dat gebeurt volgens ons concept Familie van schepen, waarbij nieuwe modellen telkens zijn gebaseerd op een eerder model. Door dit modulaire concept zijn we flexibel om aan de Nederlandse eisen te voldoen', zegt Tossman. Nederland wil hij het C71-model aanbieden, gebaseerd op de technologie van de A26 en op expeditionaire ervaringen met zes Collins-onderzeeboten voor Australië. 'Dit model is net iets groter dan de Walrusklasse.'
Vlissingen en Karlskrona
Saab en Damen willen de onderzeeboot deels in het Zuid-Zweedse Karlskrona, deels in Vlissingen bouwen. Volgens commercieel directeur Roland Briene van Damen Naval, die Van Ameijden binnenkort opvolgt, zal het grootste deel van het werk in Vlissingen plaatsvinden. 'Dit staat nog los van de overige Nederlandse industrie die bij de bouw wordt betrokken. Het verzekert dat het Nederlandse bedrijfsleven langjarig bij de instandhouding betrokken kan blijven', aldus Briene.
‘Het Nederlandse bedrijfsleven kan langjarig bij de instandhouding betrokken blijven’
Roland Briene, commercieel directeur Damen Naval
Van Ameijden tekent daarbij aan dat het niet alleen om de Nederlandse dimensie gaat. 'In Europa moeten we schaalvergroting creëren om te concurreren met de maritieme industrie uit Azië.' Nederland sloot onlangs een samenwerkingsovereenkomst op marinegebied met Denemarken, Duitsland, Finland, Noorwegen en Zweden. 'De toekomst van de maritieme sector hangt in belangrijke mate af van de samenwerking met de Nordics.'
Exportambities
Zowel Saab als Damen wil voortaan samen onderzeeërs ontwikkelen en exporteren. Dat is ook nodig om de Europese defensie-industrie niet te veel afhankelijk te maken van de twee grootste landen binnen de EU: Frankrijk en Duitsland.
Op de achtergrond speelt mee dat Saab en Damen een exclusieve overeenkomst hebben met het Verenigd Koninkrijk om de Sonar 2076 van Thales UK te gebruiken voor hun onderzeeboten. Deze sonar geldt als de meest geavanceerde ter wereld en gebruikt de Britse marine nu voor zijn Trafalgar- en Astute-onderzeeboten. Wat de boot volgens Saab ook uniek maakt zijn de stealth-eigenschappen, waardoor hij vrijwel niet te detecteren is, en een multi mission portal, een speciaal luik voor onbemande onderwatervaartuigen voor onderzeese operaties.
Aan het kabinet om alle voors en tegens af te wegen. In het najaar van 2023 besluit een ministeriële commissie geleid door premier Mark Rutte wie de nieuwe generatie onderzeeërs voor Nederland bouwt.