- Het FD heeft op 18 januari 2019 de banden met correspondent Ans Boersma verbroken. Lees hier de verklaring van de hoofdredactie.
Zondag velt Turkije een oordeel over president Recep Tayyip Erdogan en zijn AK-Partij. Zijn nationalistische achterban is hem trouw gebleven. Maar een groeiende groep mort over het gebrek aan gerechtigheid.
Kasimpasa kleurt deze dagen oranje, lichtblauw en wit, campagnekleuren van de AK-Partij. Erdogan groeide op in deze centraal gelegen wijk, ten zuiden van Taksim, naast de oever van de Gouden Hoorn in Istanboel. De enige plek die gevrijwaard is van politieke kleur is het Recep Tayyip Erdogan stadion. Het voetbalstadion, met Nederlands gras, biedt plek aan 15.000 toeschouwers. Politieke rally’s zijn er verboden.

Geen thuiswedstrijd voor Erdogan dus. Maar in deze wijk is zijn zege al bepaald, het geloof in de president is onverwoestbaar. Als kind van de buurt is Erdogan in Kasimpasa een beetje van iedereen. ‘Erdogan is een groot leider. Hij beschermde het land na de staatsgreep. Ik vertrouw de president zoals ik de profeten vertrouw’, betoogt Serket Fenerci. Hij woonde vroeger tegenover Erdogan, zijn vrouw zat bij hem in de klas, een veelgehoorde claim in Kasimpasa. Nu coördineert Fenerci de campagne vanuit een van de AKP-buurthuizen. Jong en oud zijn op de been.
Breed gedragen opkomst
Fenerci’s enthousiasme werd in de beginjaren van Erdogans politieke opmars zowel nationaal als internationaal breed gedragen. In 2003 won zijn AK-partij de verkiezingen met grote meerderheid van stemmen. Inmiddels is Erdogan, eerst als premier en vanaf 2014 als president, langer aan de macht dan de grondlegger van de Turkse republiek, Mustafa Kemal Atatürk.
De brede steun was mogelijk omdat Erdogan verschillende ideologieën verbond. Hij sprak over burgerrechten voor alle minderheden, democratie en religieuze vrijheden. Hij was voorstander van de vrije markt, ging corruptie tegen en hield zijn blik op het Westen gericht. In een gepolariseerd land was Erdogan daarmee de belichaming van de Turk waar velen zich mee konden identificeren, inclusief de seculiere Turken. Zoals socioloog Ferhat Kentel, die nu spijt heeft van Erdogans opkomst. Het land raakte volgens hem verblind door beloftes. ‘We hebben ons laten inpakken’, zegt Kentel.
Alleenheerschappij
In de loop der jaren werd Erdogans beleid nationalistischer en religieus-conservatiever. Hij rook macht, de alleenheerschappij lonkte. Komende zondag wil hij dit bij de verkiezingen verzilveren als eerste president in het nieuwe presidentiële systeem.
‘Eeuwig zonde’, noemt Kentel de omslag naar de autocratische Erdogan, die volgens hem zichtbaar werd in het neerslaan van de Gezi-protesten door de Turkse overheid in 2013. De meest zorgwekkende tendens is volgens hem de persbreidel. Zo’n 90% van de Turkse pers is inmiddels in overheidshanden, met als kers op de taart de overname van Turkije‘s grootste onafhankelijke mediabedrijf vorige maand.
Steun neemt af
Ondanks de prominente aanwezigheid van de AK-partij in de campagne, zowel in de media als op straat, is de rek eruit, denkt Kentel. Hij verwijst naar het nipt gewonnen referendum in 2017. ‘Erdogans nationalistische achterban blijft hem steunen. Maar onder rechtgeaarde moslims in het land neemt de steun af omdat hij geen gerechtigheid meer nastreeft.’ Daarbij spreekt de president geen nieuwe doelgroepen meer aan, behalve dan de Syriërs in het land met stemrecht.
De tropenjaren als politiek leider beginnen bovendien hun tol te eisen. Vergeleken met zijn belangrijkste drie tegenkandidaten oogt Edrogan vermoeid. CHP-kandidaat Muharrem Ince is daarentegen scherp, energiek en grappig. Nieuwkomer Meral Aksener haalt online originele campagnestunts uit en trekt met haar profiel een brede doelgroep aan. Selahattin Demirtas, kandidaat voor de pro-Koerdische partij HDP, spreekt tot de verbeelding met zijn campagne vanuit de gevangenis.
Vuur gedoofd
Daar steekt de campagne van Erdogan schril bij af. Hij beroept zich op behaalde resultaten, maar weet weinig nieuws te brengen. Het vuur dat de geboren redenaar in zich had, lijkt gedoofd. Dat neemt niet weg dat hij probeert de onwrikbare leider van zijn land te blijven. Erdogan reist op 64-jarige leeftijd ’s in de zomerse warmte Turkije door om lange verkiezingstoespraken te houden in de ramadanmaand. Want winnen moet hij. Erdogan kijkt altijd een stap vooruit. In dit geval is zijn oog gericht op 2023, honderd jaar na oprichting van de Turkse republiek. Dat moet zijn kroonjaar worden.