Met de overname van NIBC laat private-equity-investeerder Blackstone weer van zich horen. Blackstones 73-jarige medeoprichter en miljardair Stephen Schwarzman dacht al jong groot. De goede vriend van Donald Trump doet nu aan filantropie.
Het bod van circa €1,4 mrd door ’s werelds grootste private-equity-investeerder Blackstone op de Haagse zakenbank NIBC deed half februari heel wat Nederlandse wenkbrauwen fronzen. Want was NIBC - inmiddels akkoord met de overname - niet die hypotheekbank die het zacht gezegd niet zo lekker deed op de beurs? Wat is Stephen Schwarzman, ceo en medeoprichter van Blackstone, het bedrijf dat volgens analisten een van de grootste huizenbezitters ter wereld is, van plan met de bank?
Blackstone, een van de grootste investeerders ter wereld, werd in 1985 opgericht door Stephen Allen Schwarzman (73) en wijlen Peter Peterson. De mannen begonnen hun bedrijf in 1985 vanuit New York met een gecombineerd startkapitaal van $400.000.
Inmiddels beheert de Blackstone Group rond de $545 mrd aan vermogen van onder meer sovereign wealth fondsen (staatsfondsen), pensioenfondsen en centrale banken. Schwarzman, een van de rijkste mannen van de Verenigde Staten met een geschat vermogen van rond de $18 mrd, is nog altijd betrokken bij zijn bedrijf, maar bemoeit zich zeker ook met politieke aangelegenheden – hetzij in de coulissen.
De Republikein Schwarzman is een goede vriend van de huidige president Donald Trump en Amerikaanse presidenten,maar ook Chinese, hebben hem in het verleden meerdere malen om economisch advies gevraagd. Zo heeft hij geadviseerd over het handelsverdrag tussen de VS en Mexico en Canada.
Blackstone is volgens analisten een van de grootste huizenbezitters ter wereld. Hun opkoopbeleid, naast Nederland zijn ze in zeker nog zestien landen actief, ligt echter onder vuur. In opdracht van de Verenigde Naties verscheen in 2019 een kritisch rapport over de investeerder. Blackstone zou onder meer zorgen voor sterke huurprijsstijgingen op de toch al oververhitte woningmarkt.
Hoogleraar Saskia Sassen, medeonderzoeker van het VN-rapport over Blackstone, beschrijft Schwarzmans 'modus operandi als: ‘Hij pakt wat hij pakken kan en gebruikt het om er zelf beter van te worden.' 'Het is simpel en brutaal en het werkt voor hem’, zegt ze.
Ook in Amsterdam is Blackstone geen onbekende. De investeerder kocht in 2019 voor € 200 mln aan huizen op. Analisten verwachten dan ook dat Blackstone via NIBC toegang wil krijgen tot de aantrekkelijke Nederlandse hypotheekmarkt.
De wil om van iets kleins meer te maken, zat er bij Schwarzman al vroeg in. Hij groeide op in een joods gezin in de buitenwijken van Philadelphia. Als klein jongetje stelde hij zijn vader, een winkeleigenaar, de vraag: ‘Hey pap, er zijn best wel veel mensen in de winkel, waarom breid je niet uit in het hele land?’, zo vertelde Schwarzman eind 2019 tijdens een evenement van Goldman Sachs. Zijn vader bleek daar, ondanks herhaaldelijk aandringen van de kleine Schwarzman, helemaal geen zin in te hebben.
'Maar waarom niet?' drong Schwarzman junior aan. Zijn vader antwoordde dat hij blij was met wat hij had. ‘Ik heb twee auto’s, een huis, genoeg geld om mijn kinderen naar een universiteit te sturen, ik heb alles wat ik wil.’ Zo tevreden als zijn vader was met wat hij had, zo anders is zijn zoon. Die lijkt altijd op zoek te zijn naar meer.
Al op jonge leeftijd werd duidelijk hoe assertief hij was. Zo wilde Schwarzman naar Harvard, maar werd niet toegelaten. De tiener besloot daarop het hoofd van aanmeldingen van Harvard te bellen om diegene ervan te overtuigen dat ze hem toch moesten aannemen.
Maar helaas, het werd ‘slechts’ Yale. Hier werd Schwarzman lid van het beruchte genootschap Skull and Bones, een club waar veel prominente Amerikanen, onder wie oud-presidenten, lid van zijn. Na een korte periode als reservist in het leger, ging de miljardair alsnog naar Harvard Business School. Na zijn afstuderen in 1972 maakte hij bliksemsnel carrière in de wereld van het grote geld en werd op 31-jarige leeftijd managing director bij het later ter ziele gegane Lehman Brothers.
Samen met Peter Peterson - de toenmalige ceo van Lehman en minister van handel van 1972 tot 1973 - begon hij op 38-jarige leeftijd voor zichzelf. De naam Blackstone – black voor Schwarz en stone als synoniem voor Peter – was waarschijnlijk redelijk snel gevonden.
In zijn recent verschenen boek What it takes, lessons in the pursuit of excellence, vertelt Schwarzman dat hij en zijn partner Peterson altijd alleen maar het allerbeste talent aannamen als nieuwe werknemers. ‘Pete en ik wilden alleen maar de tienen inhuren. (…) Achten doen alleen het werk dat je ze vraagt te doen, negens zijn goed in het bedenken en uitvoeren van goede strategieën, maar tienen zijn mensen die problemen aanvoelen, oplossingen bedenken en het bedrijf een nieuwe wending geven zonder dat je ze dat hoeft te vertellen.’
Schwarzman staat naast zijn activiteiten als zakenman bekend als filantroop met een focus op universiteiten. Zo richtte hij de Schwarzman Scholarships op, equivalent aan de prestigieuze Rhodesbeurzen, voor een studiejaar in China. Ook schonk hij in 2019 een recordgift van $150 mln aan de Britse universiteit Oxford.
Begin februari van dit jaar zette hij zijn handtekening onder The Giving Pledge. Deze organisatie is opgericht door Bill en Melinda Gates en Warren Buffett en heeft als doel miljardairs aan te sporen het merendeel van hun vermogen weg te geven aan goede doelen.
Maar hoogleraar Sassen is kritisch over zijn activiteiten als weldoener. ‘Ik betwijfel of hij het doet om filantropische redenen. Ik denk dat hij het doet om zo zichtbaar te worden bij de upper class als iemand die veel doneert. Zo veegt hij zijn reputatie schoon en zorgt hij ervoor dat men vergeet wat hij doet met de huizenmarkt: namelijk goedkope panden opkopen, een beetje renoveren en dan de huurprijs verdubbelen’, aldus de hoogleraar.
Schwarzman is twee keer getrouwd en heeft drie kinderen uit zijn eerste huwelijk met Ellen Philips. Samen met zijn tweede vrouw, Christine Hearst, woont hij in New York op Park Avenue in een appartement dat ooit in handen was van een van de Rockefellers.
