Mariska Koster was longarts, stapte over naar een zorgverzekeraar en werkt nu bij een farmaceut. Daar kwam nog een perspectief op de zorg bij: dat van kankerpatiënt. 'Woest' werd ze van haar ervaringen.
Mariska Koster noemt het 'beschamend' dat kwaliteitsinformatie over artsen nergens te vinden is.Illustratie: Tina Zellmer voor Het Financieele Dagblad
Negen jaar geleden was Mariska Koster een paar dagen een bescheiden Bekende Nederlander. Ze werd, na een tv-optreden bij Pauw & Witteman, in NRC gehuldigd als 'Redder van de artsenreputatie'. Voormalig longarts Koster nam het daar op voor haar oud-collega's, die door een reeks schandalen in een kwaad daglicht stonden. Dokters deden hun best in moeilijke omstandigheden, maar konden wel wat beter voor zichzelf zorgen — en voor elkaar.
Kosters toon was mild en streng tegelijk. 'Artsen staan nog steeds met één been in 1965', zei ze in 2013. Sindsdien is er volgens haar weinig veranderd, en daar wil ze op haar manier wat aan doen.
Het podium: een reeks blogs voor Arts en Auto. Die gaan over haar ervaringen als patiënt, en de (ongelijke) verhouding met de dokter. Ze is, nu ja, niet onverdeeld enthousiast. 'Ik denk dat ik met mijn combinatie van ervaringen de enige ben die dit kan schrijven', zegt ze in Bosrestaurant Joppe, vlakbij Deventer. 'En ik denk dat ik wat zinnigs te zeggen heb.'
Opgezette dieren
Het menu van het restaurant in - inderdaad - de bossen kent weinig geheimen voor Koster. Ze komt hier regelmatig sinds ze begin deze eeuw als longarts, gespecialiseerd in kanker, ging werken in het Deventer Ziekenhuis. Tot een paar jaar geleden hing het Bosrestaurant vol met opgezette dieren. Die gingen bij een brand verloren, en vervangers kregen geen plaats in het strakkere maar pretentieloze nieuwe interieur. Alleen kroonluchters gemaakt van geweien herinneren nog aan de vroegere luister.
Sentimenteel is een groot woord, maar de keuze voor het Bosrestaurant heeft dus wel een zekere lading. Koster - ze woont nog steeds in de buurt - stopte na twaalf jaar en werkte daarna bij zorgverzekeraar Zilveren Kruis. Nu werkt ze bij farmaceut Janssen en richt ze zich als patiënt tot haar voormalige vakbroeders en -zusters.
Haar boodschap liegt er niet om. Dokters hebben medische oogkleppen op en houden angstvallig (of gemakzuchtig) vast aan richtlijnen. Ze zijn niet geïnteresseerd in de overwegingen van de patiënt, bijvoorbeeld over bijwerkingen of controle-afspraken, en informeren bar slecht. Laat staan dat ze transparant zijn over waar ze wel en niet goed in zijn. Koster vindt het 'beschamend' dat kwaliteitsinformatie nergens te vinden is, zodat de patiënt moeilijk de beste behandelaar kan kiezen.
Passie te over
De blogs bieden de leek een onthullend, waarschuwend kijkje in de artsenkamer. Daarbij spaart Koster ook zichzelf niet. 'Iedere dokter is er tot in zijn merg van overtuigd dat hij altijd in het belang van de patiënt handelt. Nou, schamper lachen hoor.'
Voor de duidelijkheid: 'Je kan veel kwaads zeggen over de medische beroepsgroep, maar het moet wel fair blijven. Het zijn mensen die met ongelooflijk veel passie letterlijk dag en nacht alles doen voor patiënten. Dat dat met grote regelmaat verkeerd uitpakt, doet niets af aan die intentie, en aan het feit dat het heel vaak wel goed gaat.'
Goed, de blogs dus. Koster schreef al eerder, maar het ontbrak aan een goede aanleiding om haar bespiegelingen op de Nederlandse gezondheidszorg te delen. Enige tijd geleden kwam die er alsnog. Borstkanker.
De zorg kende Koster van haver tot gort, maar patiënt zijn? Dat was iets heel nieuws: 'Ik was in het begin erg ontregeld, allang blij als ik ergens aankwam zonder tegen een boom te rijden.'
Ontgoocheling
Na de ontregeling kwam de ontgoocheling, over de wijze waarop artsen haar behandelden. 'Ik voelde me een onmondig kind', zegt Koster. 'Een vriendin, ook arts, ging met me mee naar een afspraak. Naderhand stonden we samen uit te dampen, vroegen elkaar: “Wat gebeurt hier!?” Er ging geen tafeltje door het raam, maar ik was wel echt nijdig. Ze waren niet onbeleefd hoor. Het was die houding van “Ach, mevrouwtje toch”.'
Wie met Mariska Koster aan tafel zit (en zelf geen dokter is) is niet direct geneigd om haar te betuttelen. Met afgemeten dictie en af en toe een licht geamuseerd glimlachje bouwt ze haar verhaal gedecideerd op, net als haar blogs.
Ook de menukeuze krijgt een solide argumentatie. Koster waarschuwt de verslaggever dat vegetarische gerechten niet direct de specialiteit zijn van het Bosrestaurant. Zelf kiest ze voor een wildarrangement met bijpassende rode wijn. Vlees eet Koster zelden meer, maar, zo redeneert ze, een wild dier heeft tot het fatale schot een natuurlijk leven gehad. Dat is toch heel iets anders dan een miserabel bestaan in de bio-industrie.
De rekening, Bosrestaurant Joppe
1 Tapbier €3,25
1 Glas rosé €4,25
2 Glazen maandwijn rood €9,00
2 Wildarrangement €99,00
1 Koffie €2,75
1 Dubbele espresso €3,65
Totaal: €121,90
Haar disgenoot draalt nog even, en sluit zich dan aan. Was dit nu zijn eigen idee, of toch...? Al snel verschijnt een trio van wilde salami, eendenrillette en hertencarpaccio.
Goed gesprek ontbreekt
In haar eerste blog beschreef Koster hoe haar behandelaren niet zo geïnteresseerd waren in de vraag of de gangbare behandeling en mogelijke bijwerkingen eigenlijk wel bij haar situatie pasten. Het is een patroon dat vaker terugkomt in de stukken: een echt goed gesprek tussen patiënt en dokter ontbreekt. Kan best, want echte spoed is er zelden als het om kanker gaat, zegt Koster. Dat geeft de patiënt tijd om de situatie op zich in te laten werken, na te denken over de opties, advies in te winnen. En dan een eigen, goed geïnformeerde keuze te maken. Die heeft de dokter vervolgens te respecteren, ook als zijn of haar hele medische wezen zich verzet.
Krijgen we dan niet (nog) meer eigenwijze patiënten die, zoals wel gevreesd wordt, net zo lang opinions blijven ophalen tot ze tevreden zijn? 'Dat doen die patiënten omdat ze zich niet gezien en gehoord voelen', zegt Koster.
Waar komt dat dominante gedrag vandaan? 'Artsen worden nooit tegengesproken. Niemand kan dat, want de dokter kan anderen altijd op inhoudelijke kennis aftroeven. Zo word je, dat is onderdeel van het socialisatieproces dat de opleiding is. Aan het eind daarvan bén je echt dokter, op een heel andere manier dan iemand achter de kassa zit van de Hema zich caissière voelt.'
Die vereenzelviging met het vak, het keiharde werken, de heersende monocultuur, de door de artsen zelf geschapen torenhoge verwachtingen van patiënten, het is allemaal niet gezond, vindt Koster. Een ziekenhuis gaat over zorg, maar is voor de medewerkers bepaald geen zorgzame omgeving.
Distantie
Zelf zat Koster lang vast in precies dezelfde patronen. Over haar eigen ziekte praat ze nog altijd met de distantie van een dokter. Het was een 'huis-tuin-en-keuken-borstkanker'. Als arts weet ze dat het moeilijk is om bij borstkanker over genezing te spreken. Garanties zijn er niet, maar de vooruitzichten zijn gunstig. Veel meer wil ze er niet over kwijt, het gaat haar om de observaties over de zorg.
Koster pleit ervoor van medisch specialist een 'normaal beroep' te maken. Met betrokken leidinggevenden, schappelijke werktijden en inhoudelijke ontwikkelmogelijkheden. En ja, daar hoort dan ook een 'normaal' salaris bij.
Na Kosters afscheid van het doktersbestaan was er meer tijd voor het thuisfront. Vanavond krijgen ze van haar van elke gang een foto. Het hoofdgerecht: hertenbiefstuk met specerijensaus. Uit nostalgie, en zeker ook om plagerig jaloezie te wekken.
Ze heeft al veel kanten van de zorg van dichtbij gezien (een te veel), maar aan de bestuurskant zat Koster nog niet. De onvermijdelijke hypothetische vraag dient zich aan: wat zou ze willen doen als ze minister van VWS was?
Veranderingen tegenhouden
Geen seconde aarzeling: 'De marktmacht van zorgaanbieders breken. Die kunnen nu elke verandering tegenhouden.' Dokters en ziekenhuizen - en dus niet zorgverzekeraars! - domineren volgens Koster de zorgmarkt, en met een beroep op het publieke vertrouwen frustreren ze maar al te vaak hervormingen.
Individuele artsen zijn best van goede wil, maar wie durft er namens 'de groep' iets 'weg te geven'? Medisch specialisten zou ze daarom de komende vijftien jaar hun inkomen garanderen. De afweging is simpel: 'Anders betaal je dat inkomen ook gewoon en verandert er helemaal niets.'