Sommige mensen zijn onverstoorbaar gedisciplineerd: zestig uur per week werken en tegelijkertijd het toppunt van fitheid bereiken door zorgvuldig te trainen en na te denken over elke hap die ze eten. Hoe houd je dat vol?
‘Er was een tijd dat ik om vijf uur ’s ochtends opstond om te sporten en een uur te mediteren’
Natasha de Jong (32), ondernemer in voedingssupplementen, streeft naar de beste levensbalans. Ook privé houdt ze zich bezig met gezonde voeding. Ze doet aan meditatie, HIIT-training en brengt veel tijd buiten door. ‘Sporten geeft me kracht en het voelt als pauze-moment.’
‘Ons lichaam geeft continu signalen over de voedingsstoffen die het nodig heeft. Ik zoek de perfecte verdeelsleutel en in dat proces zie ik voeding als bron van informatie. Alles wat we eten is data. Na het lezen van het boek Het intentie-experiment besefte ik dat de ene vijfhonderd calorieën de andere vijfhonderd niet zijn: voedsel bestaat uit trillingsenergie, die je lichaam opneemt en waar het energie uit haalt. Een voorbeeld: de energetische frequentie van rauwe broccoli is compleet anders dan van een stuk vlees. Daarnaast zweer ik bij de Corpus Analyser, een apparaat dat de staat van orgaanfuncties uitleest en tekorten aan vitaminen en mineralen vaststelt. Inmiddels weet ik bijvoorbeeld dat een verlangen naar chocolade bij mij voortkomt uit een magnesiumtekort.’
‘De zoektocht naar goede voeding is een ontdekkingsreis. Iedereen is anders namelijk. Ik vermijd alcohol, cafeïne en pieken in mijn suikerspiegel. Daarnaast eet ik zoveel mogelijk natuurlijke producten. Mijn dag start ik met een zelfgemaakte vegan eiwitshake met functionele paddenstoelen en adaptogenen. Maar ik eet niet meer volledig veganistisch en vegetarisch. Het uitsluiten van voedselgroepen beïnvloedt me negatief; het zorgde voor bloedarmoede.’
Solistische sporten
‘Als ondernemer is het leven soms hectisch. Ik ben altijd bezig met de volgende stap. Nu ontwikkelen we een app. In het weekend vind ik het vaak zonde als alles stilligt, dan ga ik liever even verder tot het af is. Het past sowieso bij mij om langere aaneengesloten periodes te werken. Soms ga ik zo op in mijn werk dat ik vergeet waar ik zelf sta.’
‘Bij die hectiek helpt mediteren me. Soms heb ik wel tachtigduizend gedachten in mijn hoofd. In de opbouwende fase van een bedrijf is er weinig tijd om te genieten van de reis. Met een meditatieleraar leerde ik gevoelens zoals spanning of angst toe te laten in plaats van altijd in mijn hoofd te zitten. Ik leef meer in het hier en nu in plaats van continu gericht te zijn op prestaties – daar ga je aan kapot.’
‘Er was een tijd dat ik om vijf uur ’s ochtends opstond om te sporten en een uur te mediteren. Met mijn huidige meditatieniveau bereik ik binnen tien minuten diezelfde diepere staat. Ik mediteer nu meestal twintig minuten, minimaal een en soms twee keer per dag. Daarnaast breng ik zoveel mogelijk tijd door in de natuur, veel lekkerder dan zo’n zweetgym. Drie keer per week train ik intensief zodat mijn hartslag flink omhooggaat, ik train met mijn eigen lichaamsgewicht, trek sprintjes, loop hard en wandel veel. Zeker hardlopen geeft me een euforisch gevoel, het reinigt mijn ziel en geeft me energie. Ik hou van de natuur en laat me niet tegenhouden door kou of regen. Vanaf mijn huis ben ik zo in het Amsterdamse Bos en het Olympisch Stadion, op de atletiekbaan kan ik ongestoord sprinten. Solistische sporten zijn makkelijk te combineren met mijn werk en het vele reizen. Sporten geeft me kracht en het voelt als pauzemoment als ik dat in de natuur kan doen.’
‘Mijn vriend helpt me om zo gezond mogelijk te leven en tegelijkertijd te genieten. Na de eerste date dacht ik niet dat we een match waren. Hij rookte bijvoorbeeld. Ik leef megabewust en zoek dat ook in een partner. Hij zei al snel: als dat belangrijk is, dan is dat een goede reden om te stoppen met roken.’
‘Qua eten was hij evenmin zoals ik, in het begin kostte dat wel wat aanpassing. Hij bestelde bijna altijd, terwijl ik de tijd neem om zelf te koken. Hij ziet daar nu de lol van in en kookt bijna elke dag voor me, waardoor ik me kan concentreren op mijn werk. En als we wel een keer pizza eten, zorgt hij ervoor dat ik er daadwerkelijk van geniet. Het is ook niks om altijd zwart-wit door het leven te gaan.’
‘Doorzettingsvermogen is belangrijk als de lat hoger ligt’
Duurzaamheids- en financieel consultant Piet Hein Schram (48) voelt zich niet gauw moe. Hij deed mee aan zo’n veertig hele en halve Ironmans en ultraduurlopen, in een periode dat hij minimaal zestig uur per week werkte in de financiële sector én vier kinderen kreeg. ‘Elk weldenkend mens zal zeggen dat ik niet goed snik ben.’
‘Ik kan heel goed snel in slaap vallen. Daar maak ik gebruik van tijdens ultrawedstrijden. Tijdens een race van 33 uur ga ik drie keer liggen langs de kant om tien minuutjes bij te slapen. Ik merk dat mijn lichaam daar wat aan heeft, ik rust echt uit in zo’n korte tijd.’
‘Tijdens de Ultra Trail Mont Blanc – een duurloop van 170 kilometer met 10.000 hoogtemeters – hingen de ijspegels aan mijn jas, doordat de temperatuur op een van de toppen ’s nachts daalde tot -12°C en ik tegelijkertijd enorm aan het zweten was.’
‘Dit klinkt een beetje vreemd, dat begrijp ik. Elk weldenkend mens zal zeggen dat ik niet goed snik ben. Het trainingsschema in aanloop naar zo’n Ironman betekent gemiddeld 25 uur per week rennen, fietsen en hardlopen. En als het sneeuwt of ijzelt moet je naar binnen, fietsen en zwemmen kun je niet als het sneeuwt.’
‘Zes uur achter elkaar in je eigen garage op een turbo trainer zitten is niet per se leuk, maar die doorzettersmentaliteit heb je nodig om de eindstreep te halen. Bij middelmatige prestaties is doorzettingsvermogen niet zo belangrijk. Maar als de lat hoger ligt, zeker tijdens het sporten, is het de bepalende factor voor een goed resultaat. Je lichaam moet gewend zijn aan meer dan zes uur achter elkaar sporten voor zulke lange afstanden. Dat vraagt discipline, planning en voorbereiding naast een fulltimebaan.’
‘Voor mij zit de lol in het proces. Precies achterhalen wat mijn lichaam aankan en kijken hoe voeding daarin het verschil maakt. Ik was geen Lance Armstrong, die elke gram afwoog: tijdens trainingen eet ik zoveel ik wil, maar wel alleen maar gezond. En naast de lichamelijke uitdaging gaat het ook om het mentale stukje. Ik leer mezelf verder te duwen, ik voel dat ik beter word.’
Creatieve dagindeling
‘Op jonge leeftijd heb ik al geleerd wat doorzettingsvermogen is. Als ik ’s middags uit school kwam, rende ik rechtstreeks door naar mijn bootje om twee uur te zeilen, ik deed mee aan WK’s. Ik vraag altijd veel van mezelf, op alle vlakken. Dat geldt voor duursporten net zo goed als in mijn werk. Ik vraag me altijd af hoe ik een goed resultaat kan neerzetten en wat er beter kan dan de vorige keer.’
‘Je moet een beetje creatief omgaan met je dagindeling als je zoveel moet trainen en werkdagen van tien uur hebt. Toen ik nog in Londen woonde, ging ik bijvoorbeeld om zes uur ’s ochtends de deur uit. Dan rende ik naar kantoor, op die manier heb je een deel van je training er al op zitten.’
‘Zo’n leven is alleen mogelijk als je een heel begripvolle, meewerkende en ondersteunende partner hebt. Het is in zulke periodes niet eerlijk verdeeld. We hebben samen vier kinderen, maar als je ongeveer vier triatlons per jaar doet, komt er veel bij de ander terecht. Duidelijke afspraken zijn daarom nodig. Dat ging natuurlijk niet altijd goed en we hadden er ook discussies over. Vlak voor de pandemie trok ik zelf de conclusie dat het tijd werd om de focus te verleggen, omdat mijn trainingsschema’s een te grote impact kregen op ons gezinsleven.’
‘Ik sta nu elke zaterdag van negen uur ’s ochtends tot zes uur ’s avonds op het hockeyveld om onze kids heen en weer te rijden, aan te moedigen, een bardienst te draaien of te fluiten. Op zondag tennissen ze, dan neem ik mijn hardloopschoenen mee en ren ik een paar rondjes als ze bezig zijn. Dit gaat om zes tot tien kilometer, twee tot vier keer per week, relatief weinig als je het vergelijkt met wat ik vroeger deed. Voorlopig voor mij geen Ironmans meer, maar hopelijk in de toekomst wel weer een marathon.’
‘Er zitten eenzame trainingen van zes tot zeven uur tussen’
Advocaat Vasco Hoving (36) zwom onder andere van Den Helder naar Texel, deed een zwemtocht door een Himalaya-meer, doorstond Ironmans en liep marathons. ‘Ik heb standaard mijn sporttas
bij me.’
‘De druk kan groot zijn in mijn werk. Ik ben het gewend. Ik heb zelfs een beetje stress nodig om te functioneren en gefocust te zijn, anders ben ik niet vooruit te branden. Ik hou ervan om op dat spectrum te opereren. Als er druk op de ketel staat, vind ik het mooi.’
‘Sporten is voor mij minder sociaal dan voor de meeste mensen. Door de week afspreken voor een hockeytraining is lastig, want ik weet nooit wanneer mijn werkdag eindigt. Ik moet flexibel zijn. Dat is makkelijker met een solistische sport. Als ik train voor een triatlon, kan dat altijd nog wel even anderhalf uur na mijn werk. Ik heb standaard mijn sporttas bij me en kijk of er ruimte is. Ik ervaar absoluut geen stress van zo’n trainingsschema.’
‘Stress in mijn privéleven vind ik moeilijker te combineren met werk. Mijn vader werd in 2019 gediagnosticeerd met kanker. Ik beet me erin vast: ik zocht de best mogelijke behandeling, zette mijn eigen netwerk in en bekeek de mogelijkheden. Het gaf me een gevoel van controle, een poging om iets bij te dragen in een onzekere tijd waarin onze levens overhoop werden gegooid.’
‘Tegelijkertijd wilde ik me sterk houden voor mijn ouders, maar verdriet en boosheid vonden toch hun weg naar buiten. Toen raakte ik uit balans. Dat is een vorm van stress die niet gezond is. Ik werd prikkelbaarder en moest mezelf wat tijd gunnen om bij mijn gevoel te komen. Ik ging er twee weken in mijn eentje tussenuit om mee te doen met een halve triatlon in de Alpen met ongeveer vierduizend hoogtemeters. Daarna kon ik de situatie accepteren en verdergaan op een positieve manier.’
Vermoeid
‘In aanloop naar die race trainde ik vrijwel elke dag. In principe was ik altijd vermoeid. Het is opletten dat je niet oververmoeid raakt, want dan boek je geen vooruitgang meer. Er zitten eenzame trainingen van zes tot zeven uur tussen die fungeren als test, zodat je weet dat je klaar bent voor het echte werk.’
‘Inmiddels zie ik me niet meer gauw twintig uur per week trainen, zoals toen. Mijn focus is verlegd. Ik wil meer tijd doorbrengen met mijn verloofde en met mijn ouders. Volgend jaar heb ik een aantal races in het vizier, bijvoorbeeld de halve triatlon op Elba. Maar zo’n afstand kan ik doen zonder extra moeite. Daarvoor train ik maximaal tien uur per week en dat valt onder mijn huidige routine. Daar hoef ik me niet buitengewoon voor in te spannen.’
Consistent zijn
‘Je hoeft geen exceptioneel mens te zijn voor een triatlon. Het loont om consistent te zijn, gedisciplineerd te blijven en hard te werken. Mijn werk leerde me structuur aan te brengen. Diezelfde mentaliteit heb ik toegepast in sport. Van tevoren heb je geen idee hoe je zo’n triatlon moet tackelen. Stukje bij beetje ontdek je de structuur en als het dan lukt, geeft dat zelfvertrouwen. Het is een kwestie van zoveel mogelijk factoren positief beïnvloeden en zoveel mogelijk onzekerheden afzwakken. Je moet uitzoeken welke mate van inspanning je lichaam aankan, hoeveel herstel daarna nodig is en hoe voeding, weersomstandigheden en zeestroming invloed uitoefenen op de sport.’
‘Je kunt dingen afleggen op talent en dat is prima. Maar als je je er niet voor inzet, haal je er ook niet alles uit. Dat is zonde. Ik probeer zoveel mogelijk uit het leven te halen – met werken, met sporten en natuurlijk in de liefde.’
Dit artikel is gemaakt door de redactie van FD Persoonlijk. Lees al onze verhalen op fd.nl/persoonlijk.